De importhandeling instellen en velden toewijzen tijdens de import
Wanneer u gegevens in een bestaand FileMaker Pro-bestand importeert, verschijnt het dialoogvenster Velden bij importeren nadat u het bestand of de bron van de te importeren gegevens hebt geselecteerd. In dit dialoogvenster geeft u de volgende importopties op:
•
|
Veldtoewijzing: Geef op waar de gegevens moeten worden geïmporteerd door de velden in uw database toe te wijzen aan de velden in de brongegevens die u importeert.
|
3.
|
In het gebied Importhandeling selecteert u het type import dat u wilt uitvoeren.
|
|
|
|
Opmerking Als de tabel waarin u importeert geen gegevens bevat, kunt u alleen Nieuwe records toevoegen selecteren. De andere opties die hieronder zijn beschreven, zijn dan niet beschikbaar omdat er geen gegevens kunnen worden bijgewerkt.
|
De gevonden reeks records in het doelbestand bijwerken met de records die u vanuit de bron importeert, in volgorde, beginnend bij de eerste record in elk bestand
|
|
|
Selecteer Resterende gegevens als nieuwe records toevoegen als u ook records uit de bron wilt toevoegen die geen overeenkomende records in het doelbestand hebben.
|
Als u Eerste record niet importeren (bevat veldnamen) selecteert, wordt de eerste record overgeslagen tijdens de import.
5.
|
Voor Doelvelden sleept u velden om ze uit te lijnen met velden of gegevens in Bronvelden, om aan te geven waar brongegevens zullen worden geïmporteerd of bijgewerkt.
|
Als u een veld wilt uitlijnen, beweegt u de aanwijzer over het pictogram naast de naam van een doelveld in de lijst. Wanneer de aanwijzer in een dubbele pijl verandert
, sleept u het veld naar een nieuwe locatie.
•
|
Klik op Database beheren om in het bestand waarin u importeert, een veld te maken of te wijzigen. Breng de gewenste wijzigingen aan in het dialoogvenster Database beheren en klik daarna op OK. (Als de knop Database beheren niet beschikbaar is, zijn uw toegangsprivileges ontoereikend of wordt de database samengebruikt via een netwerk en is het momenteel niet toegestaan om wijzigingen in de database uit te voeren. Zie Bestanden samengebruiken en hosten voor meer informatie over het wijzigen van gedeelde databases).
|
•
|
Het pictogram verschijnt tussen het bron- en doelveld wanneer het veldtype van het doelveld de gegevens uit het bronveld niet ondersteunt. U kunt geen gegevens importeren in berekening- of resumévelden, of bepaalde niet-overeenkomende gegevenstypen, zoals containergegevens, in een tekstveld importeren. (Het pictogram kan ook aangeven dat de toegangsprivileges het importeren van gegevens in een bepaald doelveld niet toestaan.)
|
Blijf klikken tot het symbool tussen de velden de gewenste veldtoewijzing aangeeft. Het gebied Veldtoewijzing bevat een beschrijving van elk symbool. U kunt ervoor kiezen om alle velden in het doelveld te importeren, of een veldpaar gebruiken als een
vergelijkingsveld om de overeenkomende records bij te werken.
Tip U kunt ook de veldtoewijzing voor meerdere velden tegelijk instellen. Hiertoe selecteert u eerst de doelvelden die u wilt wijzigen door Ctrl (Windows) of Cmd (Mac OS) ingedrukt te houden en op elk doelveld te klikken. (Als u een aantal opeenvolgende velden wilt selecteren, klikt u op het eerste veld, drukt u op de Shift-toets, houdt u die toets ingedrukt en klikt u daarna op het laatste veld van het bereik.) Klik vervolgens op een veldtoewijzingssymbool voor een van de geselecteerde velden tot zij alle de gewenste veldtoewijzing aangeven. (U kunt ook een of meer keren op de spatiebalk drukken om het veldtoewijzingssymbool te wijzigen.)
De lijst Tekenset is al of niet beschikbaar:
•
|
Als de lijst beschikbaar is, heeft FileMaker Pro de codering van het bestand niet kunnen bepalen en heeft FileMaker Pro geprobeerd een geschikte tekencodering te selecteren op basis van uw besturingssysteem en de indeling van het bestand dat u importeert. Het is dan ook mogelijk dat u de door FileMaker Pro geselecteerde codering nog dient te wijzigen. Als u een andere codering selecteert, scant FileMaker Pro de geïmporteerde gegevens en verschijnt een waarschuwingsbericht als de gegevens tekens bevatten die ongeldig zijn in de door u geselecteerde tekenset.
|
|
|
Nieuwe gegevens automatisch invoeren in velden met opties voor automatische invoer. (U wilt bijvoorbeeld de datum invoeren in het veld Datum van wijziging.)
|
Selecteer Opties voor automatisch invoeren gebruiken tijdens importeren. Als u dat niet doet, worden automatisch ingevoerde waarden niet ingevoerd.
Opmerking Wanneer u importeert in velden die zijn ingesteld om automatisch een waarde in te voeren (zoals de naam van de gebruiker die de wijziging uitvoert, de datum of tijd van wijziging, of opzoekgegevens), schakelt u deze optie uit, tenzij u de gegevens die u importeert wilt laten overschrijven door de automatisch ingevoerde gegevens.
|
|
•
|
Selecteer In afzonderlijke records plaatsen om elke herhalende waarde in een afzonderlijke record te importeren. (Met deze optie kunt u met afzonderlijke waarden in herhalende velden werken. U kunt ze bijvoorbeeld sorteren of resumeren.) Opmerking Wanneer u gegevens van herhalende velden in afzonderlijke records opsplitst, worden alle niet-herhalende velden die u importeert, in elke afzonderlijke record gedupliceerd. Als een record in het bronbestand bijvoorbeeld waarden in drie herhalingen bevat, en u splitst ze op in afzonderlijke records, dan worden drie records geïmporteerd, die allemaal identiek zijn met uitzondering van de waarden in de herhalende velden.
|
|
|
|
Aantal toegevoegde/bijgewerkte records
|
|
|
•
|
Privilegefouten: Toegangsprivileges beletten dat een of meer records kunnen worden gewijzigd.
|
•
|
Vergrendelde records: Eén of meer records kunnen niet worden gewijzigd omdat ze op dat ogenblik elders worden opgevraagd, in een ander venster door dezelfde gebruiker of, als het bestand wordt gedeeld, door andere clients.
|
|
|
•
|
Privilegefouten: Toegangsprivileges beletten dat een of meer velden kunnen worden gewijzigd.
|
|
•
|
Als u een grote hoeveelheid gegevens importeert, verschijnt mogelijk een importdialoogvenster waarin de voortgang van het importproces wordt aangegeven. Als u de import wilt stopzetten, klikt u op Stoppen. Records die al zijn geïmporteerd, blijven behouden in het doelbestand (de import wordt niet ongedaan gemaakt). Als u de reeds geïmporteerde records permanent wilt verwijderen, kiest u op de menubalk Records > Alle verwijderen.
|