Accounts, privilegesets en uitgebreide privileges
U gebruikt accounts, privilegesets en uitgebreide privileges om FileMaker Pro-databasebestanden te beveiligen.
Accounts
Accounts identificeren gebruikers die een beveiligd bestand proberen te openen. Elke account heeft een unieke accountnaam en (meestal) ook een wachtwoord. Iedere gebruiker die geen geldige accountgegevens opgeeft, zal een beveiligd bestand niet kunnen openen. Elk bestand bevat aanvankelijk twee accounts: admin en Gast.
U kunt een account maken voor elke gebruiker die toegang wilt tot een bestand, of u kunt een beperkt aantal accounts maken die door een groot aantal gebruikers worden samengebruikt (bijvoorbeeld: een account "Marketing" en een account "Verkoop"):
 •
 •
Als u bestanden host met FileMaker Server, kunt u accounts voor de externe server maken waarmee verificatiegegevens worden verkregen van een verificatieserver, zoals een Apple Open Directory- of Windows-domein. Hierdoor kunt u gebruikmaken van een centraal beheerde gebruikersdirectory die mogelijk al wordt gebruikt voor het toegangsbeheer op andere netwerkbronnen zoals bestandsservers. Raadpleeg Accounts maken die via een externe server worden geverifieerd.
Raadpleeg Accounts beheren en De accounts Admin en Gast.
Privilegesets
Een privilegeset bepaalt het niveau van de toegang tot een databasebestand. Wanneer u een privilegeset maakt, kunt u kiezen uit tal van beschikbare opties om de databasetoegang te beperken. U kunt bijvoorbeeld beperken welke lay-outs kunnen worden weergegeven, welke menu's beschikbaar zijn en instellen of afdrukken is toegestaan. Privilegesets kunnen ook de toegang beperken tot bepaalde tabellen, records of velden in een bestand. Aan elke account is een privilegeset toegewezen, die het toegangsniveau bepaalt wanneer iemand met die account een bestand opent.
U kunt net zoveel privilegesets maken als u nodig hebt om de toegangstypen te definiëren die u voor een bestand wilt toestaan. Elk databasebestand bevat drie vooraf gedefinieerde privilegesets voor algemene toegangsniveaus.
Raadpleeg Vooraf gedefinieerde privilegesets gebruiken en Privilegesets beheren.
Uitgebreide privileges
Uitgebreide privileges bepalen welke opties voor het delen van gegevens worden toegestaan door een privilegeset, bijvoorbeeld of een privilegeset gebruikers toestaat om een gedeeld bestand te openen of een database weer te geven in een webbrowser.
In de volgende tabel vindt u de uitgebreide privileges die standaard beschikbaar zijn. (FileMaker, maar ook een andere ontwikkelaar, kan extra uitgebreide privileges voorzien voor het toegangsbeheer van andere softwareproducten die zijn ontwikkeld voor gebruik met FileMaker Pro of FileMaker Server.)
 
Een gedeeld bestand openen (hetzij een bestand gedeeld door FileMaker Pro, hetzij gehost en gedeeld door FileMaker Server).
Wanneer een gebruiker een beveiligd bestand probeert te openen of er toegang toe probeert te krijgen, wordt de gebruiker gevraagd de accountgegevens op te geven. Als de privilegeset voor de account het type uitgebreid privilege niet toestaat dat door de gebruiker is aangevraagd, verschijnt een bericht waarin wordt gemeld dat de gebruiker op deze manier geen toegang krijgt tot het bestand.
Alle uitgebreide privileges voor een bestand met uitzondering van fmreauthenticate10 zijn standaard uitgeschakeld, zelfs in de privilegeset voor volledige toegang.
Als u uitgebreide privileges inschakelt, wordt slechts met bepaalde privilegesets toegang tot gedeelde gegevens toegestaan. Als u toegang wilt krijgen tot de gedeelde gegevens, dient u het samengebruik in te stellen voor het gewenste toegangstype. Zie Bestanden delen in een netwerk, ODBC en JDBC gebruiken met FileMaker Pro of Databases publiceren op het web.
Zie Uitgebreide privileges beheren voor meer informatie over uitgebreide privileges.
Opmerkingen
 •
 •
 •