Het dialoogvenster Grafiek instellen

Gebruik het dialoogvenster Grafiek instellen om een snelgrafiek te wijzigen of een grafiek te maken of te wijzigen in de lay-outmodus.

Opmerking  Als u een grafiek wilt maken, leest u eerst Snelgrafieken maken of Grafieken maken en bewerken in de modus Lay-out.

Het dialoogvenster Grafiek instellen bestaat uit twee gedeelten:

Het grafiekvoorbeeld. Raadpleeg Het grafiekvoorbeeld gebruiken.

Het Grafiekeninfovenster bevat grafiekinstellingen.

Zo maakt of bewerkt u een grafiek:

1. Overweeg het volgende voordat u wijzigingen doorvoert in het dialoogvenster Grafiek instellen:

Reduceer zo nodig de gevonden reeks, om uw gevevensvergelijking duidelijk te maken. Raadpleeg Een zoekopdracht maken.

Sorteer gegevens (bijvoorbeeld van hoogste naar laagste verkoopcijfers). Als u resumégegevens in een grafiek uitzet, sorteert u gegevens in categorieën (sorteer bijvoorbeeld op regio). Zie Werken met gegevens in de tabelweergave of Records sorteren.

2. Geef in het Grafiekeninfovenster deze instellingen op:

 

Om dit te doen

Gaat u als volgt te werk

Een titel aan de grafiek toevoegen

Typ of wijzig de grafiektitel in Titel of klik op Knop Opgeven om een titel op te geven.

Een grafiektype kiezen en de gegevensreeksen opgeven

Zie Kolom-, staaf-, lijn- en vlakgrafieken (inclusief gestapelde kolom- en staaf- en positief/negatief-grafieken), Cirkelgrafieken of Spreidings- en bellengrafieken.

Wijzig gegevenslabels, toon of verberg maatstreepjes en stel de schaal voor de maatstreepjes in (indien van toepassing), en maak gegevens op

Raadpleeg Grafiekassen opmaken en schalen.

Wijzig het kleurenschema, de legenda of lettertypen in de grafiek

Klik op Stijlen in het Grafiekeninfovenster en lees daarna De look van een grafiek wijzigen.

Geef op welk type gegevens de grafiek gebruikt (records in de gevonden reeks, gescheiden records of gerelateerde records)

Klik op Gegevensbron in het Grafiekeninfovenster en lees daarna De gegevensbron voor een grafiek opgeven.

3. Wanneer u tevreden bent met het uiterlijk van de grafiek, gaat u als volgt te werk:

Voor snelgrafieken die in de bladermodus zijn gemaakt:

Klik op Afdrukken om een kopie van de grafiek af te drukken en klik daarna op Annuleren.

Klik op Opslaan als lay-out om de grafiek in een nieuwe lay-out op te slaan. Als u later toegang wenst tot de grafiek via het venstermenu voor lay-outs, selecteert u In lay-outmenu's opnemen in het dialoogvenster dat verschijnt.

Opmerking  U moet over de juiste privileges beschikken om een grafiek in een lay-out op te slaan. Raadpleeg Accounts, privilegesets en uitgebreide privileges.

Anders:

Klik op Gereed.

Voor grafieken die in de lay-outmodus zijn gemaakt:

Klik op Gereed.

Kies Lay-outs > Lay-out opslaan en klik vervolgens op Lay-out verlaten.

Opmerking  Als u in het dialoogvenster Grafiek instellen op Annuleren klikt, worden wijzigingen in de grafiek niet opgeslagen. Als u echter via de dialoogvensters Veld selecteren of Veld opgeven wijzigingen hebt gemaakt in het databaseschema terwijl u in het dialoogvenster Grafiek instellen werkt, blijven die wijzigingen in de database behouden.