Script op Server uitvoeren
 
Doel 
Voert een script op de server uit die het huidige bestand host.
Zie ook 
Opmaak 
Script op Server uitvoeren [Wachten op voltooiing; "<scriptnaam>"; Parameter: <parameter>]
Opties 
 •
Met <scriptnaam> geeft u het script op dat u wilt uitvoeren.
 •
Met Optionele scriptparameter geeft u een scriptparameter voor het opgegeven script op.
 •
Wachten op voltooiing onderbreekt het script op de client tot het subscript aangeroepen door Script op Server uitvoeren is voltooid op de host. Wachten op voltooiing moet worden geselecteerd om een scriptresultaat of foutcode door te geven van de host naar de client. Gebruik de Get(ScriptResultaat) functie om een resultaat op te lossen of de Get(LaatsteFout) functie om een foutcode op te lossen.
Compatibiliteit 
 
Waar de scriptstap wordt uitgevoerd 
Ondersteund 
FileMaker Pro 
Ja 
FileMaker Server gepland script 
Nee 
FileMaker Go 
Ja 
Custom Web Publishing 
Ja 
FileMaker WebDirect 
Ja 
Runtime-oplossing 
Nee 
Afkomstig van 
FileMaker Pro 13.0
Beschrijving 
Het huidige bestand moet door FileMaker Server worden gehost. In het andere geval geeft Script op Server uitvoeren een fout. Scripts die op de host worden uitgevoerd, worden behandeld als in FileMaker Server geplande scripts.
Scripts die worden uitgevoerd door Script op Server uitvoeren:
 •
 •
 •
Opmerkingen
 •
 •
Als het opgegeven script de Evalu eren functie bevat, gebruikt u de Engelse functienamen in de berekening van Evalueren. Evalueren herkent geen gelokaliseerde functienamen bij een evaluatie in een script dat wordt uitgevoerd via Script op Server uitvoeren.
Voorbeeld 1 
Voert een script uit op de server en stuurt de huidige lay-outnaam, recordnummer en e-mailadres van de klant als de scriptparameter. De server navigeert naar de lay-out en de record die zijn opgegeven in de parameter, slaat een link naar een snapshot van de huidige record op, e-mailt de link naar de snapshot naar het in de parameter opgegeven e-mailadres en levert een resultaat. De client haalt het scriptresultaat van de server op en geeft het weer in een aangepast dialoogvenster.
Hoofdscript: Link naar snapshot e-mailen (Client)
Script op Server uitvoeren [Wachten op voltooiing; "Link naar snapshot e-mailen(Server)"; Parameter: Lijst(Get(LayoutNaam); Get(RecordNummer); Klanten::E-mail)]
Aangepast dialoogvenster tonen [Get(ScriptResultaat)]
Subscript: Link naar snapshot e-mailen (Server)
Ga naar lay-out [MiddleValues(Get(ScriptParameter); 1; 1)]
Ga naar record/verzoek/pagina [MiddleValues(Get(ScriptParameter); 2; 1)]
Variabele instellen [$PATH; Value:Get(TijdelijkPad) & "Snapshot.fmpsl"]
Records opslaan als link naar snapshot ["$PATH"; Huidige record]
Post verzenden [Verzenden via SMTP-server; Geen dialoogvenster; Aan: MiddleValues(Get(ScriptParameter); 3; 1); "$PATH"]
Script afsluiten [Scriptresultaat: "Link naar snapshot verzonden."]
Verwante onderwerpen 
Script uitvoeren scriptstap
Voorbeelden van Script uitvoeren en scriptparameters
Naslaggegevens voor scriptstappen (alfabetisch overzicht)
Naslaggegevens voor scriptstappen (lijst met categorieën)