Bestandsnaamextensies toevoegen aan bestanden (FileMaker Pro Advanced)U kunt de Developer-hulpprogramma's gebruiken om niet-runtime-FileMaker-databasebestanden de FileMaker-bestandsextensie te geven. Dat is handig als u voor meerdere platforms ontwikkkelt en een consistente bestandsnaamextensie wilt gebruiken op het Windows- en Macintosh-platform.
2.
3. Als u de Developer-hulpprogramma's al eerder op dezelfde database hebt gebruikt en uw instellingen hebt opgeslagen, klikt u op Instellingen laden.
4. Klik op Toevoegen om de bestanden te zoeken die u wilt aanpassen.
5.
6.
7. Bij Applicatie opties klikt u op Opgeven. Zie Opties voor Developer-oplossingen opgeven (FileMaker Pro Advanced).
8.