Bestanden delen in een netwerk > Gedeelde bestanden openen als een client > De URL van een gedeeld bestand verzenden
 

De URL van een gedeeld bestand verzenden

Als het bestand dat u gebruikt, wordt gedeeld, kunt u andere FileMaker Pro Advanced-gebruikers er toegang toe geven door hen per e-mail een URL-koppeling naar het bestand te verzenden.

De URL is als volgt gestructureerd:

fmp://[[account:wachtwoord@]netadres]/bestandsnaam

Zo verzendt u via e-mail een URL-koppeling naar het gedeelde bestand:

1. Open het gedeelde bestand waartoe u een ontvanger toegang wilt geven.

Belangrijk  Let erop dat de instellingen voor samengebruik gebruikerstoegang bieden tot het bestand. Kies Bestand > Samengebruik en het type netwerktoegang dat u gebruikt. Selecteer daarna Alle gebruikers of Gebruikers per privilegeset opgeven en klik op OK.

2. Kies Bestand > Verzenden > Koppeling naar database.

3. Kies een e-mailclientprofiel als dat wordt gevraagd en klik op OK.

Een e-mail wordt geopend. Het bericht bevat de koppeling naar het gedeelde bestand en enkele vereisten om de koppeling te kunnen openen.

4. Geef de geadresseerde op, typ in de hoofdgedeelte van het bericht extra informatie voor de geadresseerde en verzend het bericht.

Opmerkingen 

Als op uw computer geen e-mailclient is geïnstalleerd, verschijnt de URL-koppeling in een dialoogvenster. Als u de koppeling wilt opslaan, kopieert u deze naar het klembord en plakt u de koppeling in een toepassing die tekst accepteert.

De ontvanger moet aan de volgende voorwaarden voldoen om via deze koppeling verbinding te kunnen maken met het bestand:

De client moet FileMaker-software en een ondersteund e-mailprogramma hebben geïnstalleerd (raadpleeg de technische specificaties van FileMaker Pro Advanced). De koppeling werkt mogelijk niet in webmail.

Het bestand moet op de hostcomputer geopend zijn.

Alle firewalls tussen de client en de server moeten het samengebruik van FileMaker-gegevens toestaan.

De client moet over een geldige account en een geldig wachtwoord beschikken.

De client moet netwerktoegang tot de host hebben.

Als u een IPv6-adres gebruikt, moeten de client en de host IPv6 ondersteunen.

U kunt ook een link naar een snapshot van de huidige gevonden reeks records naar andere gebruikers verzenden. Raadpleeg Records opslaan en verzenden als een link naar snapshot.