Gegevens toevoegen en weergeven > Gegevens invoeren in records > Gegevens in velden invoeren en wijzigen
 
Gegevens in velden invoeren en wijzigen
U kunt gegevens invoeren in tekst-, getal-, datum-, tijd-, tijdstempel- en containervelden. Daarnaast kunt u gegevens in velden ook wijzigen of verwijderen.
Als een veld een geldige URL bevat, kunt u de URL in een andere door u opgegeven toepassing openen. Raadpleeg URL's gebruiken in een veld.
U kunt gegevens in een veld invoeren tot de tekenlimiet van het veldtype is bereikt.
 
Als u gegevens wilt invoeren in een
Klikt u in de bladermodus in het veld en
Tekstveld
Typ de tekst.
Getalveld
Typt u de waarde (van 10400 tot 10-400).
Datumveld
Voert u de datum in met de opmaak die bij het maken van het bestand is gebruikt. Raadpleeg Werken met gegevens in datumvelden. Als deze optie is ingeschakeld, selecteert u een datum in de kalender met keuzelijst.
Tijdveld
Typt u het tijdstip (of een tijdsduur) in uren; uren en minuten; uren, minuten en seconden; of uren, minuten, seconden en fracties van seconden. Raadpleeg Werken met gegevens in tijdvelden.
Tijdstempel
Typt u de datum in de opmaak die werd gebruikt bij het maken van het bestand, gevolgd door uren en minuten; of uren, minuten en seconden. Bijvoorbeeld: 02-02-2014 12:00 of 31-12-2014 23:59:59.
Raadpleeg Gegevens gebruiken in containervelden om gegevens in een containerveld in te voeren.
Belangrijk  Om verwarring te voorkomen kunt u in FileMaker Pro voor jaartallen het beste altijd vier cijfers gebruiken. Raadpleeg Werken met gegevens in datumvelden.
Zo verwijdert u een veld zonder het op het klembord te plaatsen:
Selecteer de gegevens en druk daarna op Backspace of Delete.
Zo typt u een tabteken in een veld:
Klik op de plaats waar u de tab wilt invoegen en druk daarna op Ctrl-Tab (Windows) of Option-Tab (OS X).
Opmerkingen
Wanneer u gegevens begint te typen in een tekstveld dat is ingesteld voor automatisch aanvullen, zoekt FileMaker Pro een overeenkomende invoer in de index van het veld of een invoerlijst. De waarde die het meest overeenkomt met uw invoer, verschijnt automatisch in het veld. Andere resultaten kunnen ook in een lijst verschijnen. Zie Een veld zo instellen dat het automatisch wordt aangevuld bij tekstinvoer voor meer informatie over het automatisch aanvullen van velden.
In de bladermodus kunt u met het toetsenbord waarden voor keuzerondjes en selectievakjes invoeren. Selecteer het veld met de Tab-toets en typ de eerste letter van de waarde die u wilt invoeren. U kunt deze waarde ook selecteren met de pijltoetsen. Druk vervolgens op de spatiebalk om de waarde in te voeren.
Als u de waarde van een globaalveld wilt invoeren of wijzigen, selecteert u in de bladermodus het veld en voert u de nieuwe waarde in.
De wijze waarop gegevens worden weergegeven, hangt af van hoe een veld wordt opgemaakt in de lay-outmodus, van de gebruikte systeeminstellingen bij het maken van het bestand of van de systeeminstellingen van de computer. Raadpleeg Veldobjecten opmaken en instellen in de modus Lay-out.
Als u met de kalender met vervolgkeuzelijst een datum invoert in een leeg tijdstempelveld, voert FileMaker Pro de door u geselecteerde datum in en wordt middernacht ingevoerd als het tijdgedeelte. Als u met de kalender met vervolgkeuzelijst een bestaande tijdstempel wilt wijzigen, wijzigt FileMaker Pro alleen het datumgedeelte en blijft het bestaande tijdgedeelte behouden.
Wanneer u met bestanden werkt op een computer waarop verschillende systeeminstellingen worden gebruikt, kunt u gegevens weergeven met de originele systeeminstellingen of met uw eigen systeeminstellingen. Als u uw eigen instellingen wilt gebruiken, moet Systeeminstellingen gebruiken in het menu Opmaak geselecteerd zijn. Raadpleeg Bestanden met andere systeeminstellingen openen.
Een veld kan worden gedefinieerd zodat gegevens altijd in een bepaalde opmaak of binnen een bepaald bereik worden ingevoerd. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat u een jaartal van vier cijfers moet invoeren. Raadpleeg Veldbevestiging definiëren.
In sommige velden kunt u de gegevens niet invoeren of wijzigen. Dit is het geval in onder meer berekening- en resumévelden of velden waarvoor bij de opmaak is bepaald dat gegevensinvoer niet is toegestaan. U kunt de inhoud van berekeningvelden en resumévelden kopiëren naar andere velden.
Als u getallen en tekst door elkaar gebruikt in een getalveld dat wordt opgenomen in een berekening- of resuméveld, negeert FileMaker Pro de tekst bij het uitvoeren van de berekening of resumé.
Getallen kunnen worden ingevoerd met de wetenschappelijke opmaak, bijvoorbeeld: 1,23e+15 of 1,23e-15.
Alleen de gegevens die binnen de veldbegrenzingen vallen, kunt u weergeven en afdrukken. U kunt de begrenzingen wijzigen door het veld in de lay-outmodus te vergroten of te verkleinen. Raadpleeg De grootte en vorm van objecten wijzigen.
U kunt gegevens ook op andere manieren invoeren: u kunt bijvoorbeeld de gegevens uit een andere bron importeren of kopiëren, een waarde uit de veldindex plakken, een gerelateerde tabel gebruiken en opties instellen om automatisch de gegevens in te voeren wanneer u een record maakt.
U kunt niet rechtstreeks in een containerveld tekst typen. Als u tekst wilt invoeren in een containerveld, kopieert u de tekst en plakt u het in het veld.
Wanneer u tekst in een veld typt, kunt u de invoer ongedaan maken en herhalen door achtereenvolgens Bewerken > Typen ongedaan maken of Bewerken > Opnieuw typen te kiezen.
Raadpleeg het Help-systeem van uw besturingssysteem voor meer informatie over het invoeren van speciale tekens, zoals accenttekens. (Typ bijvoorbeeld 'speciale tekens invoeren' als zoekopdracht).
Als u Windows gebruikt op een apparaat met ondersteuning voor een Multi-Touch-display, verschijnt het touchtoetsenbord wanneer u een veld selecteert waarin u gegevens in de modus Bladeren of Zoeken moet invoeren. U kunt dit gedrag negeren met de scriptstap Touch-toetsenbord inschakelen. Deze functie wordt niet ondersteund in Windows 7.
Verwante onderwerpen 
Gegevens kopiëren en verplaatsen in records
Vooraf ingestelde gegevens uit een invoerlijst invoeren
Gegevens in records herstellen
Veldindex gebruiken
Huidige datum of andere variabelen invoegen in velden
Gegevens gebruiken in containervelden