Plug-inbestand installeren
Doel 
Installeert een plug-inbestand van een containerveld op uw computer of werkt die bij.
Opmaak 
Plug-inbestand installeren [<tabel::veld>]
Opties 
Selecteer Doelveld opgeven of klik op Opgeven om het containerveld op te geven met de plug-in die u wilt installeren of bijwerken. Als er geen veld is opgegeven, installeert FileMaker Pro de plug-in in het actieve containerveld in de actieve tabel.
Compatibiliteit 
 
Waar de scriptstap wordt uitgevoerd 
Ondersteund 
FileMaker Pro 
Ja 
FileMaker Server gepland script 
Ja 
FileMaker Go 
Nee 
Custom Web Publishing 
Ja 
FileMaker WebDirect 
Ja 
Runtime-oplossing 
Ja 
Afkomstig van 
FileMaker Pro 12.0
Beschrijving 
U kunt de plug-in pas installeren of bijwerken als u de plug-in hebt ingevoegd in een containerveld. Zie Bestand invoegen of Plug-ins installeren voor meer informatie.
FileMaker Pro installeert plug-ins op de volgende locaties:
 
C:\Gebruikers\gebruikersnaam\AppData\Local\FileMaker\FileMaker Pro\13.0\Extensions\
C:\Gebruikers\gebruikersnaam\AppData\Local\FileMaker\FileMaker Pro Advanced\13.0\Extensions\
Macintosh HD/Users/gebruikersnaam/Library/Application Support/FileMaker/FileMaker Pro/13.0/Extensions
Macintosh HD/Users/gebruikersnaam/Library/Application Support/FileMaker/FileMaker Pro Advanced/13.0/Extensions
Alleen plug-inbestanden van FileMaker kunnen worden geïnstalleerd. Als er een ander bestand dan een plug-inbestand in het doelveld of actieve containerveld staat, gebeurt er niets wanneer het script wordt uitgevoerd. Plug-inbestanden hebben de extensie .fmx (Windows) of .fmplugin (OS X).
Gecomprimeerde plug-inbestanden in zip-opmaak of plug-inbestanden in tar-opmaak kunnen niet worden geïnstalleerd.
U kunt de functie Get ( GeïnstalleerdeFMPlugins ) gebruiken om de naam, versie en de ingeschakelde status van een geïnstalleerde plug-in te identificeren. Deze functie kan u helpen te bepalen of de geïnstalleerde plug-in nieuwer of ouder is dan de plug-in die het oplossingsbestand vereist. Raadpleeg Get ( GeïnstalleerdeFMPlugins ).
FileMaker Pro kan plug-ins pas herkennen als deze zijn ingeschakeld in de voorkeuren voor plug-ins. Als de scriptstap Plug-inbestand installeren een plug-inupdate installeert maar de plug-in is uitgeschakeld in de voorkeuren voor plug-ins, installeert FileMaker Pro de update maar schakelt die de plug-in niet in. Raadpleeg Plug-invoorkeuren instellen.
Opmerking  De systeembeheerder kan het gepersonaliseerde bestand gebruiken tijdens de installatie van een volumelicentie om plug-ins uit te schakelen en te voorkomen dat plug-inupdates worden geïnstalleerd in FileMaker Pro. Raadpleeg de FileMaker Pro Handleiding voor netwerkinstallatie voor meer informatie.
Voorbeeld 1 
Dit voorbeeldscript installeert de plug-in Video.
Aangepast dialoogvenster tonen ["Wilt u de nieuwste versie van de plug-in Video installeren?"]
If [Get ( KeuzeLaatsteBericht ) = 1]
Plug-inbestand installeren [Plug-ins::Video]
End If
Verwante onderwerpen 
Naslaggegevens voor scriptstappen (alfabetisch overzicht)
Naslaggegevens voor scriptstappen (lijst met categorieën)