Invoegen vanaf apparaat
•
|
Selecteer Doelveld opgeven om een containerveld op te geven. U kunt ook een tekstveld voor streepjescodes opgeven. Als geen veld wordt opgegeven, wordt het huidige actieve veld gebruikt als dit een containerveld of tekstveld is.
|
•
|
Klik op Invoegen uit om een type bron te selecteren.
|
•
|
Bij Camera kiest u Achterzijde of Voorzijde.
|
•
|
Bij Resolutie kiest u Volle, Hoge, Gemiddelde of Lage.
|
•
|
Selecteer Maximale duur om het aantal seconden op te geven dat een videocamera of microfoon moet opnemen. Klik op Opgeven om een duur door middel van een berekening te definiëren.
|
•
|
Selecteer Onmiddellijk starten om de opname met een videocamera of microfoon onmiddellijk te starten.
|
•
|
Bij Scannen vanuit camera kiest u Achterzijde of Voorzijde.
|
•
|
Bij Scannen vanuit veld kiest u een veld.
|
•
|
In de lijst met Typen streepjescodes selecteert u de typen streepjescodes die door FileMaker Go moeten worden gescand. Standaard worden alle typen geselecteerd.
|
Waar de scriptstap wordt uitgevoerd
|
|
|
|
FileMaker Server gepland script
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
•
|
EAN-13 om ISBN-10- of ISBN-13-streepjescodes te scannen. Selecteer ook ISBN-10 (van EAN-13) als u een gescande ISBN-13 streepjescode moet converteren naar het type ISBN-10.
|
•
|
EAN-13 alsook UPC-A of UPC-E om UPC-A of UPC-E streepjescodes te scannen.
|