FileMaker 16 Handleiding voor WebDirect
Introductie van FileMaker WebDirect
FileMaker WebDirect™ is een FileMaker®-client waarmee gebruikers kunnen werken met uw oplossingen op het internet. U maakt oplossingen met FileMaker Pro en host, beheert en configureert vervolgens uw oplossingen via FileMaker Server of FileMaker Cloud.
Wanneer u gegevens op het web publiceert, is beveiliging van belang. Raadpleeg de beveiligingsrichtlijnen in de FileMaker-beveiligingshandleiding, FileMaker Pro Help, FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Over deze handleiding
In de FileMaker-documentatie verwijzen we met ‘publiceren op het internet’ naar oplossingen op het internet of intranet waartoe gebruikers toegang kunnen krijgen vanuit een webbrowser. In deze handleiding verwijzen we met de uitdrukking ‘internetgebruiker’ naar een persoon die een online FileMaker-oplossing opent via FileMaker WebDirect. ‘Oplossing’ en ‘database’ zijn termen voor wat FileMaker Pro maakt en wat internetgebruikers openen via FileMaker WebDirect.
In deze handleiding verwijzen we met ‘FileMaker Pro’ naar zowel FileMaker Pro als FileMaker Pro Advanced en verwijzen we met ‘Admin Console’ naar zowel FileMaker Server Admin Console als FileMaker Cloud Admin Console.
Voor extra documentatie, inclusief nieuwe versies van deze handleiding, gaat u naar het centrum voor productdocumentatie.
Over FileMaker WebDirect
FileMaker WebDirect combineert aspecten van een webtoepassing en een desktoptoepassing om functies van FileMaker Pro beschikbaar te stellen voor uw oplossingen op het internet. Met FileMaker WebDirect kunt u:
-
een oplossing eenvoudig en snel implementeren naar iedereen met een compatibele webbrowser zonder tools voor webpagina's of andere technologie te gebruiken
-
gegevens vanuit de nieuwste browsers openen
-
records en containergegevens importeren of exporteren
-
een aangepaste webtoepassing implementeren door de menubalk en statusbalk te verbergen en te vergrendelen
Met behulp van de nieuwste webtechnologie (HTML5, CSS3 en JavaScript) in FileMaker WebDirect kunnen uw oplossingen bijna alles doen wat FileMaker Pro doet, binnen de beperkingen van moderne webbrowsers.
FileMaker WebDirect werkt het best wanneer u:
-
FileMaker-oplossingen implementeert die voornamelijk bedoeld zijn voor webbrowsers
-
bestaande oplossingen uitbreidt om externe gebruikers buiten het team of de onderneming ook toegang te geven
Voor bepaalde groepen gebruikers kunt u ervoor kiezen om alleen de lay-outs die ze nodig hebben toe te voegen of te wijzigen. Als werknemers van een warenhuis bijvoorbeeld alleen orders moeten plaatsen in uw oplossing voor het beheer van orders, wilt u wellicht lay-outs voor facturen toevoegen die goed werken in een browser,
Als u van plan bent om een bestaande oplossing uit te breiden voor internetgebruikers, moet u wellicht uw oplossing wijzigen voor de best mogelijke gebruikerservaring. Hoewel u mogelijk enkele wijzigingen aan uw oplossing moet aanbrengen via FileMaker Pro, hoeft u geen PHP-, HTML-, CSS- of JavaScript-code te schrijven. Raadpleeg Voordat u begint.
Een weergegeven lay-out in een webbrowser met FileMaker WebDirect
Werking van FileMaker WebDirect
FileMaker WebDirect werkt in een webbrowser en gebruikt deze standaard webtechnologie:
-
HTML5 om de structuur van de pagina te definiëren
-
CSS3 om de weergave van de pagina te beheren
-
JavaScript om interacties mogelijk te maken (bijvoorbeeld klikken op knoppen)
-
HTTP/HTTPS- en WebSocket-protocollen om te communiceren tussen de webbrowser en de webserver
HTML5 en CSS3 worden op een verschillende manier in webbrowsers geïmplementeerd. De werking van uw FileMaker WebDirect-oplossing kan variëren volgens de werking van de webbrowser volgens deze standaarden, de werking van de JavaScript-engine van de browser, en de parsering en weergave van CSS door de browser.
Architectuur van FileMaker WebDirect
De architectuur van FileMaker WebDirect overbrugt twee verschillende omgevingen: de webbrowser en een FileMaker-oplossing. In de webbrowser werkt FileMaker WebDirect als een client die in wisselwerking staat met een oplossing die wordt gehost via FileMaker Server of FileMaker Cloud.
FileMaker Server en FileMaker Cloud beschikken over de volgende onderdelen:
- Database Server: host de oplossingen die u deelt met alle FileMaker-clients (FileMaker Pro, FileMaker Go® en FileMaker WebDirect). Het beheert de lay-outs, gegevens, scripts, scriptactiveringen, verificatie van gebruikersaccounts, vergrendeling van records en communicatie met alle FileMaker-clients.
- Web Publishing Engine: vertaalt de lay-outs, interacties en gegevens gedefinieerd door uw oplossing in HTML5, CSS3, JavaScript en gegevens voor de webbrowser en verwerkt de interactie met gebruikers. De Web Publishing Engine (WPE) maakt in realtime de gebruikersinterface van uw lay-outs zodat ze werken in de webbrowser en verwerkt scripts, scriptactiveringen, muisklikken van gebruikers en toetsaanslagen. Bij FileMaker Server-implementaties met meerdere computers beheert de WPE de communicatie tussen de hoofdcomputer en de werkcomputers.
- Web server: communiceert met webbrowsers via HTTP/HTTPS- en WebSocket-protocollen om uw oplossing beschikbaar te stellen als een webtoepassing.
FileMaker Server en FileMaker Cloud reageren als volgt op verzoeken van de webbrowser:
- De Database Server verstuurt lay-outinformatie en gegevens van een gehoste oplossing naar de WPE.
- De WPE vertaalt de lay-outs en gegevens van de oplossing in HTML5-, CSS3- en JavaScript-code en gegevens voor de browser.
- De webserver verstuurt de vertaalde lay-outs en gegevens van de WPE naar de browser.
In de webbrowser geeft FileMaker WebDirect de HTML5-, CSS3- en JavaScript-code weer die is gegenereerd door de WPE en bewaakt het de muisklikken en toetsaanslagen van de gebruiker om de resultaten van deze interacties vervolgens te versturen naar de Database Server voor verwerking.
Wanneer een internetgebruiker een object gebruikt, wordt de interactie door de browser gedetecteerd en achtereenvolgens naar de WPE en de Database Server verstuurd. De Database Server verwerkt de interactie en verstuurt een antwoord. De WPE converteert het antwoord in HTML5-, CSS3- en JavaScript-code en verstuurt deze vervolgens naar de browser.
U hebt bijvoorbeeld een FileMaker WebDirect-oplossing ontworpen die één lay-out met een knop heeft die is geconfigureerd om de scriptstap ‘Aangepast dialoogvenster tonen’ uit te voeren. Om de oplossing te openen, typt de internetgebruiker de URL in een browser of klikt deze op een koppeling. Bij een FileMaker Server-implementatie met meerdere computers wordt het verzoek om de oplossing te openen doorgestuurd naar de webserver en de WPE met de hoogste beschikbare capaciteit. De WPE geeft opdracht aan de Database Server om de opgegeven database te openen. De WPE verifieert de gebruiker bij de Database Server, opent een sessie en voert andere opstartactiviteiten uit. Als de gebruiker de database mag openen, stuurt de Database Server informatie over de lay-out en de knop naar de WPE. De WPE genereert in realtime de code om de lay-out en de knop weer te geven. Dit omvat ook de gegevens voor de opmaak van de knop wanneer deze wordt ingedrukt en wanneer de muisaanwijzer erover beweegt. Wanneer de gebruiker op de knop in de lay-out klikt, verstuurt de browser de muisklik naar de WPE. De WPE meldt de Database Server dat de gebruiker heeft geklikt op de knop. De Database Server voert de scriptstap uit, antwoordt dat het script succesvol is uitgevoerd en geeft opdracht aan de WPE om het aangepaste dialoogvenster weer te geven. De WPE genereert de code voor het aangepaste dialoogvenster en verstuurt deze dan naar de webbrowser voor weergave.
Impliciet interactiemodel
Gebruikers van FileMaker Pro en FileMaker Go zijn gewoon om wijzigingen in velden aan te brengen, op knoppen te klikken om aangepaste dialoogvensters weer te geven, gewijzigde gegevens te zien naarmate ze worden bijgewerkt door andere gebruikers, en voorwaardelijke opmaak te zien wijzigen wanneer de omstandigheden veranderen, en dit alles zonder hun wijzigingen expliciet te versturen of de weergave te vernieuwen. Om deze vertrouwde ervaring ook aan internetgebruikers te bieden, gebruikt FileMaker WebDirect een impliciet interactiemodel waarmee uw oplossingen net zoals een toepassing werken.
Invloed van webtechnologie op uw oplossing
Volg deze uitgangspunten voor het ontwerp om ervoor te zorgen dat uw oplossing in FileMaker WebDirect werkt:
-
Lay-outs moeten het best mogelijke gebruik op het internet weerspiegelen.
Hoe meer objecten, stijlen, afbeeldingen en interacties in een lay-out, hoe meer gegevens worden verstuurd van de Database Server naar de webbrowser. Denk daarom goed na wanneer u kiest wat u wilt opnemen in een lay-out. De meeste webtoepassingen hebben geen honderden interactieve objecten of grote afbeeldingen met een hoge resolutie omdat webbrowsers ze niet snel genoeg kunnen weergeven en kunnen worden vertraagd door slechte netwerkverbindingen.
-
Alle beperkingen van het internet zijn uiteraard ook van toepassing op FileMaker WebDirect.
Als de CSS-standaard bijvoorbeeld geen eigenschap voor een bepaalde stijl definieert, wordt die stijl niet weergegeven in uw FileMaker WebDirect-oplossing.
-
Tijdens het ontwerp van uw FileMaker WebDirect-oplossing vermijdt u best enkele zaken.
Sommige functies zoals het openen van meerdere vensters zijn niet optimaal voor het internet. Andere functies, zoals tekst met opmaak, werken in beperkte omstandigheden of helemaal niet. Overweeg om een nieuwe oplossing te maken die specifiek voor FileMaker WebDirect is ontworpen, of breid de onderdelen van uw bestaande oplossing, die het nuttigste zijn op het internet, uit. Raadpleeg Stap 2: een goed begrip van de mogelijkheden van FileMaker WebDirect krijgen.
Houd tijdens het ontwerp van uw oplossing rekening met het volgende:
-
De FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie doet het meeste werk voor de FileMaker WebDirect-client. Toetsaanslagen en muisklikken die worden verwerkt door FileMaker Pro moeten bijvoorbeeld worden verzonden van FileMaker WebDirect naar FileMaker Server of FileMaker Cloud. De host van de oplossing stelt ook vergrendelingen voor records in, activeert scriptactiveringen, haalt gegevens op en beheert lay-out- en gegevenscaches.
-
Klikken op een object dat voor een ander object is gestapeld, wordt niet ondersteund op het internet.
-
Scriptstappen die van invloed zijn op vensters werken anders in FileMaker WebDirect dan in FileMaker Pro. Aangezien webbrowsers een interface met één enkel document gebruiken, wordt het nieuwe venster voor het huidige venster binnen hetzelfde browservenster gestapeld als uw FileMaker WebDirect-oplossing de scriptstap 'Nieuw venster' gebruikt. In vele gevallen kan het gebruik van popovers of schuifbesturingselementen een betere gebruikerservaring dan het gebruik van meerdere vensters leveren. Raadpleeg Werken met virtuele vensters.
-
Omwille van veiligheidsredenen starten browsers webtoepassingen zoals FileMaker WebDirect met beperkte toegang tot systeembronnen. (Deze beperkte omgeving wordt een sandbox genoemd.) FileMaker WebDirect heeft bijvoorbeeld geen toegang tot willekeurige locaties in het bestandssysteem waardoor de scriptstappen ‘Records importeren’ en ‘Records exporteren’ anders werken dan in FileMaker Pro.
-
Vele taken zoals trapsgewijze structuren van CSS, focus bepalen, gebeurtenissen doorgeven en werken met tabs worden uiteindelijk beheerd door de webbrowser en hebben een ander gedrag dan in FileMaker Pro. Browsers laten bijvoorbeeld webtoepassingen alleen reageren op een muisklik nadat de muisklik plaatsvond. In FileMaker Pro kan uw oplossing daarentegen reageren via scriptactiveringen voor, tijdens of na een muisklik.
-
Objecten in HTML5 hanteren een onvervalste hiërarchie in de stijl van 'bovenliggend - onderliggend'. Dit wil zeggen dat een onderliggend object altijd onder een enkelvoudig bovenliggend object valt. Een afbeelding die bijvoorbeeld de grens tussen de kop- en hoofdgedeelten van een lay-out overlapt kan uit slechts één deel bestaan, waardoor de afbeelding wordt bijgesneden aan de grens tussen de gedeelten die het in beslag neemt.
Raadpleeg Stap 2: een goed begrip van de mogelijkheden van FileMaker WebDirect krijgen.
FileMaker WebDirectvereisten
Als u databases wilt publiceren met FileMaker WebDirect, hebt u het volgende nodig:
-
een Windows- of macOS-computer met FileMaker Server of een exemplaar van FileMaker Cloud
-
toegang tot Internet of een intranet
-
één of meerdere FileMaker-databases
-
een webbrowser
De ondersteunde webbrowsers zijn:
Windows macOS iOS Android Edge Safari Safari Chrome Internet Explorer Chrome Chrome
Opmerking:op Android ondersteunt FileMaker WebDirect de Input Method Editors (IME’s) Google en ATOK.
Voor informatie over de minimale hardware- en softwarevereisten raadpleegt u de systeemvereisten van FileMaker Server.
Verbinding maken via het internet of een intranet
FileMaker Cloud kan databases op het internet hosten en FileMaker Server kan databases op zowel het internet als een intranet hosten.
Daarnaast:
-
Publiceer uw database op een computer die continu via TCP/IP met het internet of een intranet is verbonden.
-
Daarbij moet de hostcomputer een vast statisch (permanent) IP-adres (Internet Protocol) of een domeinnaam hebben.
-
Wanneer internetgebruikers zijn verbonden met een FileMaker WebDirect-oplossing, moeten ze een enkele Ethernet-, Wi-Fi- of mobiele (4G of LTE) netwerkverbinding met een consistente connectiviteit en latentie van 150 milliseconden of minder gebruiken. Verlies van netwerkconnectiviteit, als gevolg van een periodiek signaal of het schakelen tussen netwerken, kan ertoe leiden dat FileMaker WebDirect de verbinding met de server verbreekt.
-
Gebruik SSL-codering (Secure Sockets Layer) om de communicatie tussen FileMaker WebDirect en FileMaker Server of FileMaker Cloud te beveiligen. Raadpleeg SSL-codering inschakelen.
Andere methoden voor de publicatie van FileMaker-gegevens
Naast FileMaker WebDirect zijn er drie andere methoden om uw gegevens te publiceren:
Statische publicatie: als uw gegevens nauwelijks worden gewijzigd of als u gebruikers geen liveverbinding met de database wilt toestaan, kunt u een statische publicatie gebruiken. Bij een statische publicatie exporteert u FileMaker Pro-gegevens om een webpagina te maken die u verder kunt aanpassen met HTML-code. De webpagina wordt niet gewijzigd wanneer de gegevens in uw database worden aangepast en gebruikers kunnen geen verbinding maken met uw database. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Custom Web Publishing: als u uw FileMaker-oplossing wilt integreren in een aangepaste website, gebruikt u de technologie Custom Web Publishing. Raadpleeg FileMaker Server Custom Web Publishing Handleiding.
FileMaker Data API: als u uw FileMaker-oplossing wilt integreren met webservices via een REST-architectuur (Representational State Transfer), gebruikt u de FileMaker Data API. Raadpleeg FileMaker Data API Handleiding.
Een FileMaker WebDirect-oplossing ontwerpen
Voordat u begint
Met FileMaker WebDirect kunt u FileMaker-oplossingen voor internetgebruikers hosten en bestaande oplossingen uitbreiden naar het internet voor periodieke of externe gebruikers.
Als u een bestaande database wijzigt voor gebruik met FileMaker WebDirect, moet u overwegen om nieuwe lay-outs te maken die specifiek bedoeld zijn voor webbrowsers.
Als u een oplossing ontwerpt die zowel door FileMaker WebDirect- als FileMaker Pro-clients zal worden geopend, moet u een ontwerp voor internetgebruikers maken zodat u zeker bent dat uw oplossing compatibel is met beide technologieën.
Opmerking:voor een volledige beschrijving van de kenmerken en de functionaliteit van FileMaker Pro raadpleegt u FileMaker Pro Help.
Volg de onderstaande algemene stappen voor het ontwerp van een FileMaker WebDirect-oplossing. Voor meer tips over ontwerpen raadpleegt u Aandachtspunten bij het ontwerp.
Stap 1: plan uw FileMaker WebDirect-oplossing
Een goed geplande FileMaker WebDirect-oplossing is bevorderlijk voor de consistente uitvoering van deze taken:
-
gegevens invoeren
-
gegevens ophalen
-
toegang verlenen aan meerdere gebruikers tegelijk
Als u ervoor wilt zorgen dat uw oplossing een betrouwbare ervaring biedt aan internetgebruikers, moet u potentiële problemen identificeren en uw oplossing overeenkomstig wijzigen.
Doel van de oplossing
Bepaal het doel van uw oplossing of het probleem dat u wilt oplossen. Als de oplossing meerdere problemen oplost of meerdere soorten gegevens bijhoudt, identificeert u hoe u de oplossing splitst in verschillende lay-outs en taken.
Lay-outs moeten unieke namen hebben, zelfs als ze zijn georganiseerd in verschillende mappen in het dialoogvenster Lay-outs beheren.
Aantal internetgebruikers
Het aantal verbonden internetgebruikers heeft een rechtstreekse invloed op de prestaties van alle verbonden webbrowsers. U moet mogelijk de hardwareconfiguratie van uw FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie evalueren als deze geen ondersteuning biedt voor het benodigde aantal gebruikers.
Voor aanbevolen hardwareconfiguraties voor FileMaker Server raadpleegt u de FileMaker Knowledge Base (Engels).
Apparaten die toegang tot de oplossing hebben
Apparaten hebben verschillende hardware- en netwerkprestaties, schermgrootten en resoluties. Als u identificeert welke apparaten toegang tot uw oplossing zullen hebben, kunt u lay-outs ontwerpen met de mogelijkheden van elk apparaat in het achterhoofd.
Bij apparaten met beperkte verwerkingsmogelijkheden gebeurt de weergave van lay-outs en de communicatie met FileMaker Server en FileMaker Cloud trager dan bij apparaten met betere hardwareconfiguraties.
Het deel van de oplossing waartoe FileMaker WebDirect toegang heeft
Op basis van het doel van de oplossing zijn het maximale aantal gelijktijdige internetgebruikers en de apparaten die toegang tot de oplossing zullen hebben doorslaggevend voor de lay-outs en de functies die toegankelijk zullen zijn voor FileMaker WebDirect.
Plug-ins
Wanneer u plug-ins van andere leveranciers gebruikt in een FileMaker WebDirect-oplossing, mag u alleen plug-ins gebruiken die zijn ingeschakeld voor de WPE. (Doorgaans is een plug-in ontworpen voor uitsluitend gebruik met FileMaker Pro niet compatibel met de WPE.) Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Stap 2: begrijp de mogelijkheden van FileMaker WebDirect
Met FileMaker WebDirect beschikt u over vele FileMaker Pro-functies in uw oplossingen op het internet. Dit zijn er enkele:
- records impliciet vastleggen
- invoer van gegevens valideren
- voorwaardelijke opmaak
- moderne lay-outthema's
- scriptactiveringen
- snel zoeken
- PDF-documenten aanmaken en afdrukken
Hoewel FileMaker WebDirect gelijkt op FileMaker Pro, beschikt het niet over alle functies van een FileMaker Pro-netwerkclient.
-
Internetgebruikers kunnen lay-outs en andere lay-outweergaven kiezen maar ze kunnen geen velden, lay-outs, scripts, relaties, invoerlijsten of andere databaseschema's toevoegen, verwijderen of wijzigen.
-
FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor de tabelweergave. Scriptstappen of opties van scriptstappen die de weergave wijzigen in de tabelweergave worden niet ondersteund. Als de standaardweergave van een lay-out de tabelweergave is, verschijnt de lay-out in een andere weergave. Als geen andere weergaven zijn ingeschakeld, verschijnt de lay-out in de lijstweergave.
-
In FileMaker WebDirect kunnen gebruikers niet klikken op objecten die zich achter andere lay-outobjecten bevinden, zelfs als de voorste objecten transparant zijn of als gebruikers op lege ruimte in een objectengroep klikken. In plaats van meerdere objecten te stapelen:
-
gebruikt u berekende waarden voor tablabels
-
voegt u pictogrammen aan knoppen toe in plaats van afbeeldingen voor knoppen te stapelen
-
groepeert u meerdere objecten en past u de knopinstellingen op de groep toe
-
-
FileMaker WebDirect biedt een beperkt aantal tekststijlen. Markeren, tekststijlen voor alinea’s en tabstops worden niet ondersteund. Tekst met opmaak wordt alleen ondersteund wanneer deze op velden, knoppen en tekst in lay-outs wordt toegepast. FileMaker WebDirect ondersteunt alleen tekst met opmaak die door de webbrowser wordt ondersteund.
-
De eigen menu's van FileMaker Pro Advanced zijn niet van invloed op FileMaker WebDirect-oplossingen.
Stap 3: optimaliseer de prestaties
Raadpleeg Architectuur van FileMaker WebDirect om in een voorbeeld te zien hoe FileMaker WebDirect met de host van de oplossing communiceert.
De efficiëntie van FileMaker WebDirect tijdens de uitvoering van deze taken wordt beïnvloed door:
-
de verwerkingsmogelijkheden van het apparaat van de internetgebruiker
-
het aantal internetgebruikers die tegelijk toegang hebben tot de oplossing
-
de kwaliteit van de netwerkverbinding van de internetgebruiker
-
het gegevensvolume van de overdracht tussen FileMaker Server of FileMaker Cloud en de webbrowser
-
de frequentie waarmee de webbrowser communiceert met FileMaker Server of FileMaker Cloud; er wordt gecommuniceerd telkens als:
-
een record wordt gemaakt, geopend, vastgelegd of verwijderd
-
de huidige record wordt gewijzigd
-
de lay-out wordt gewijzigd
-
een berekening wordt geëvalueerd
-
een script wordt uitgevoerd
-
een scriptactivering wordt geactiveerd
-
Algemene prestaties verbeteren
Als u de algemene prestaties van uw FileMaker WebDirect-oplossing wilt verbeteren, minimaliseert u het volgende: de gegevensoverdracht tussen de host van de oplossing en de browser, de frequentie waarmee de browser communiceert met FileMaker Server of FileMaker Cloud, en het aantal gegevens die de webbrowser moet verwerken voor de weergave van elke lay-out.
Houd deze aanbevolen procedures in het achterhoofd:
- Minimaliseer in lijstweergave en portalen het aantal lay-outobjecten die tegelijk worden weergegeven.
-
Minimaliseer het gebruik van de volgende items in lay-outs:
- portalen
- vensterbesturingselementen
- berekeningvelden
- resumévelden
- velden met bevestigingsopties
- velden met opties voor gegevensopmaak
- scriptactiveringen
HTML-prestaties verbeteren
Verminder de hoeveelheid HTML-code die tussen FileMaker Server of FileMaker Cloud en de webbrowser wordt verzonden zodat lay-outs sneller wijzigen, records sneller laden en scriptactiveringen sneller activeren:
-
maak verscheidene lay-outs met een minimum aan objecten in plaats van één lay-out met vele objecten
-
verminder het aantal knopinfo's in elke lay-out
-
houd de grootte van afbeeldingen geschikt voor gebruik op het internet
CSS-prestaties verbeteren
Verminder de hoeveelheid CSS-code in de oplossing om de weergave van de lay-out door de browser te verbeteren. Lay-outs met grote hoeveelheden CSS-code laden mogelijk traag, in het bijzonder op apparaten met beperkte verwerkingsmogelijkheden:
-
kies of maak eenvoudige thema's, zoals thema's die geen overgangen of opvullingen met afbeeldingen gebruiken
-
maak eigen thema's en eigen stijlen in plaats van bestaande thema's en stijlen te negeren
-
verminder het gebruik van objectstatussen bij elk lay-outobject
-
minimaliseer de voorwaardelijke opmaak
Stap 4: ontwerp lay-outs voor mobiele browsers
Internetgebruikers openen FileMaker WebDirect-oplossingen op mobiele apparaten die verschillende schermgrootten en resoluties hebben. Voor een optimale ervaring in mobiele browsers bepaalt u de doelapparaten voor uw oplossing en ontwerpt u de oplossing zodanig dat deze zich aan elk apparaat aanpast.
Houd rekening met het volgende:
-
Ontwerp elke lay-out voor het kleinste apparaat van de doelapparaten en configureer de opties voor automatische formaatwijziging voor lay-outobjecten zodat deze groter worden naargelang de hoogte en breedte van de webbrowser.
- In sommige mobiele browsers kunnen gebruikers mogelijk geen objecten dicht bij de onderste rand van een lay-out zien als de lay-out groter is dan het zichtbare gebied van het mobiele apparaat.
- Als gebruikers met iOS-apparaten inzoomen om het beeld op het scherm te vergroten, zijn de statusbalk en bepaalde elementen van de lay-out mogelijk niet toegankelijk.
- Op Android-apparaten hebben elementen van lay-outs altijd een vaste grootte. Gebruikers kunnen niet inzoomen of uitzoomen.
-
Gebruik de scriptactivering BijWijzigenLay-outGrootte om lay-outs te wijzigen als de afmetingen van de browser groter of kleiner worden dan een bepaalde hoogte of breedte, zoals wanneer een mobiele browser verandert van richting.
-
Als u wilt dat internetgebruikers objecten op kleine schermen eenvoudig kunnen lezen en selecteren, gebruikt u een Touch-thema of maakt u lettertypen en lay-outobjecten groter.
-
Maak velden groot genoeg om de gegevens in het veld weer te geven en af te drukken. In de webbrowser wijzigt de grootte van velden niet wanneer ze actief zijn en wordt de inhoud van velden afgekapt als de inhoud niet past binnen de grenzen van het veld.
-
Voor het vastleggen van records door gebruikers moet u een knop met een script ontwerpen of voldoende inactieve ruimte in de lay-out laten zodat internetgebruikers kunnen klikken buiten de velden op kleine schermen.
-
FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor het opslaan van links naar snapshots, importeren van records, exporteren van records of exporteren van de inhoud van containervelden vanuit mobiele browsers.
Stap 5: stel een pictogram voor de oplossing en opties voor lay-outs, weergaven en gereedschappen in
U moet een identificeerbaar pictogram voor de oplossing instellen, internetgebruikers verwijzen naar lay-outs die geschikt zijn voor hun apparaten en de toepasselijke gereedschappen voor uw FileMaker WebDirect-oplossing weergeven.
Het pictogram voor de oplossing instellen
Het pictogram van de oplossing identificeert uw oplossing in het Startpaneel van FileMaker WebDirect. U kunt een eigen pictogram opgeven of een vooraf ontworpen pictogram uit een lijst kiezen. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Beginlay-out en -weergave instellen
Wanneer een FileMaker WebDirect-oplossing is ingesteld om een script bij de opstart uit te voeren, zien gebruikers de resultaten van dat script telkens als ze de oplossing openen. Als u wilt bepalen welke lay-out en weergave internetgebruikers zien wanneer ze de oplossing openen, gebruikt u de scriptactivering BijEersteVensterOpenen met een opstartscript dat de volgende scriptstappen bevat:
-
Ga naar lay-out [ ]
-
Ga naar Bladeren [ ]
-
Weergeven als [ ]
Voor het sturen van internetgebruikers naar de gepaste lay-outs voor hun apparaten identificeert u op welke apparaten en in welke webbrowsers uw oplossing wordt uitgevoerd. Raadpleeg Functies.
U kunt ook een beginlay-out opgeven in het dialoogvenster Bestandsopties van FileMaker Pro. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Menubalk en statusbalk verbergen
Met de besturingselementen en opties in de menubalk en statusbalk kunnen gebruikers records maken, bewerken, verwijderen, importeren, exporteren, zoeken, sorteren en afdrukken, schakelen tussen weergaven en modi, Help openen en meer. Als u uw eigen interface wilt weergeven om taken uit te voeren, kunt u de menu- en statusbalk verbergen wanneer het bestand wordt geopend.
Om de besturingselementen van FileMaker WebDirect te verbergen, stelt u in het dialoogvenster ‘Bestandsopties’ van FileMaker Pro in dat de menu- en statusbalk standaard moeten worden verborgen. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Voor oplossingen die bestaan uit meerdere bestanden moet u de besturingselementen van FileMaker WebDirect in elk bestand verbergen.
Zo voorkomt u dat internetgebruikers nieuwe records kunnen maken:
-
verberg de menu- en statusbalk
-
gebruik het dialoogvenster Beveiliging beheren van FileMaker Pro om de toegang tot records en de privileges voor het maken te bewerken
Belangrijk:wanneer u de besturingselementen van FileMaker WebDirect verbergt, zijn internetgebruikers volledig afhankelijk van uw scriptknoppen. U moet dan ook knoppen voorzien waarmee internetgebruikers kunnen navigeren en zich kunnen afmelden bij de oplossing, maar ook andere taken kunnen uitvoeren. Test uw oplossing grondig om u ervan te verzekeren dat u de gebruikers alle benodigde functionaliteit hebt gegeven. Raadpleeg Look en functionaliteit van uw oplossing testen.
U kunt scriptknoppen aan uw lay-out toevoegen voor de volgende taken:
- records toevoegen, selecteren, verwijderen en navigeren door records
- records importeren en exporteren.
- zoekcriteria opgeven en zoekopdrachten uitvoeren
- records sorteren
- records afdrukken
- lay-outs en lay-outweergaven wijzigen
- gepauzeerde scripts voortzetten of annuleren
Voorzie documentatie om gebruikers te helpen bij de interactie met uw oplossing omdat de instructies in de Help van FileMaker WebDirect mogelijk niet van toepassing zijn. Raadpleeg Stap 10: documenteer uw oplossing.
Stap 6: configureer taken voor internetgebruikers
Naast de invoer of wijziging van gegevens vereist uw oplossing mogelijk dat internetgebruikers andere taken uitvoeren.
Sorteervolgorde opgeven
Webgebruikers kunnen gegevens sorteren op basis van velden in de huidige lay-out. Zo bepaalt u welke velden internetgebruikers kunnen sorteren:
-
verberg de menubalk en de statusbalk en maak vervolgens knoppen met scripts voor het sorteren van gegevens
-
gebruik het dialoogvenster Beveiliging beheren om de toegang tot velden met een gebruikersaccount te beperken
Werken met afbeeldingen, geluiden en films
In containervelden kunnen afbeeldingen, geluiden, films en bestanden worden opgeslagen en weergegeven. Containergegevens kunnen worden ingesloten in de oplossing zelf of extern worden bewaard.
Opmerking:FileMaker WebDirect ondersteunt geen containergegevens die met een verwijzing zijn gekoppeld. Containergegevens waarnaar wordt verwezen, worden als een statisch pictogram weergegeven en kunnen niet worden geëxporteerd.
U kunt containervelden optimaliseren voor statische of interactieve inhoud:
-
Containervelden zijn standaard geoptimaliseerd voor statische inhoud. Internetgebruikers kunnen geen PDF-bestanden openen of video- of audiobestanden afspelen. Internetgebruikers kunnen ook geen statische afbeelding of een koppeling naar het object van een containerveld zien.
-
In containervelden die voor interactieve inhoud zijn geoptimaliseerd, kunnen webgebruikers mediabestanden afspelen en PDF-bestanden interactief gebruiken. Om het containerveld als een interactieve container te optimaliseren, selecteert u de optie Interactieve inhoud in het Infovenster van FileMaker Pro.
Opmerking:in mobiele browsers kunnen gebruikers geen gegevens invoegen door een bestand naar een containerveld te slepen. Overweeg het maken van scripts die de scriptstappen ‘Afbeelding invoegen’, ‘Audio/video invoegen’ en ‘PDF invoegen’ gebruiken.
Webbrowsers bieden inconsistente ondersteuning voor mediabestanden en versies van browsers kunnen variëren op verschillende besturingssystemen. Sommige browsers zijn mogelijk niet in staat om bepaalde mediabestanden juist in te voegen, weer te geven of af te spelen.
Internetgebruikers worden mogelijk gevraagd om inhoud te deblokkeren alvorens die kan worden afgespeeld of om plug-ins in de browser te installeren.
Voor deze media | Gebruikt u deze aanbevolen bestandstypen |
---|---|
Video | .mp4 |
Audio | .mp3 |
Afbeelding | .jpg, .png, .gif |
Werken met virtuele vensters
Internetgebruikers kunnen navigeren door meerdere virtuele vensters in één enkel venster van de webbrowser om een oplossing in verschillende lay-outs, weergaven en modi te bekijken. Slechts één virtueel venster verschijnt tegelijk in het browservenster maar de inactieve virtuele vensters blijven geopend wanneer ze niet zichtbaar zijn.
Virtuele vensters worden geopend, gesloten en beheerd met scriptstappen. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Houd rekening met het volgende:
- FileMaker WebDirect ondersteunt geen vensterstijlen.
- Als u een nieuw virtueel venster ,et de scriptstap Nieuw venster wilt openen, voorziet u scriptknoppen om tussen de virtuele vensters te navigeren en deze te sluiten.
-
Sluit ongebruikte virtuele vensters met de scriptstap Venster sluiten.
-
Als u een script ontwerpt om een extern script vanuit een FileMaker-gegevensbron uit te voeren en u wilt terugkeren naar het oorspronkelijke venster, voegt u de scriptstap Venster selecteren [Huidig venster] onmiddellijk na de scriptstap Script uitvoeren in het oorspronkelijke script toe.
-
Als u de scriptstap ‘Toepassing afsluiten’ gebruikt of het laatste virtuele venster met de scriptstap ‘Venster sluiten’ sluit, beëindigt het script de sessie van de gebruiker en brengt het de gebruiker terug naar het Startpaneel van FileMaker WebDirect.
Gegevens importeren en exporteren
Internetgebruikers moeten mogelijk gegevens delen tussen de oplossing en een andere toepassing. In FileMaker WebDirect kunnen internetgebruikers de volgende bestandsindelingen importeren en exporteren:
Bestandsindeling | Importeren | Exporteren |
---|---|---|
FileMaker Pro | X | |
Door tabs gescheiden waarden | X | X |
Door komma’s gescheiden waarden | X | X |
DBF | X | X |
Samenvoegbestand | X | X |
Excel | X | |
HTML-tabel | X |
Opmerking:voor de import vanuit een FileMaker Pro-bestand moeten internetgebruikers toegang tot een account in het bestand hebben.
Geëxporteerde of opgeslagen bestanden worden gedownload naar de standaard downloadlocatie van de webbrowser.
Het importeren en exporteren van gegevens wordt niet ondersteund in mobiele browsers.
Records afdrukken
Internetgebruikers kunnen de huidige gevonden reeks van records en scriptrapporten afdrukken. Wanneer een gebruiker iets afdrukt, maakt FileMaker WebDirect een PDF in een nieuw tabblad van de webbrowser. Internetgebruikers kunnen dan de besturingselementen van de browser gebruiken om de PDF af te drukken.
Aantekeningen
- Als u FileMaker Cloud gebruikt om uw oplossing te hosten, gebruikt u de besturingselementen van de webbrowser om de records op het scherm af te drukken.
- Om afdruk- en pagina-instellingen te configureren, gebruikt u de scriptstap ‘Printerinstelling’.
- Als lettertypen onjuist worden weergegeven in een PDF, zorgt u ervoor dat alle vereiste lettertypen zijn geïnstalleerd en beschikbaar zijn voor alle Web Publishing Engines in uw FileMaker Server-implementatie. Raadpleeg FileMaker Server Help.
Stap 7: geef gebruikers de mogelijkheid om zich af te melden bij de oplossing
Het is belangrijk dat internetgebruikers hun sessies juist sluiten door de menubalk te openen en vervolgens op Afmelden te klikken. Als ze het browservenster sluiten of de browser afsluiten voordat ze zich afmelden, zijn hun sessies mogelijk nog actief waardoor:
-
andere gebruikers geen toegang krijgen tot de oplossing als het maximale aantal Gebruikersconnectie-clients is bereikt
-
de oplossing geen scripts kan uitvoeren die zijn toegewezen aan scriptactiveringen (raadpleeg Scriptactiveringen)
-
een script kan blijven werken totdat de opgegeven time-out zich voordoet, wat kan leiden tot onverwachte resultaten
-
gegevens zijn kwetsbaar voor hackers tot de ingestelde time-out is verstreken
Als u deze situaties tot een minimum wilt herleiden, stelt u de time-out voor sessies in op een korte tijdsduur of maakt u een scriptknop om internetgebruikers veilig af te melden. Raadpleeg Verbinding van inactieve accounts verbreken en Werken met virtuele vensters.
Opmerking:als u de menubalk verbergt, maakt u een scriptknop om internetgebruikers af te melden. Raadpleeg Menubalk en statusbalk verbergen.
Stap 8: controleer de functies, scripts en scriptactiveringen in uw oplossing
Sommige functies, scripts en scriptactiveringen worden niet ondersteund in FileMaker WebDirect of gedragen zich anders dan in FileMaker Pro. Controleer alle berekeningen en scripts in uw oplossing om u ervan te verzekeren dat ze de gewenste taken uitvoeren.
Functies
Functies in FileMaker WebDirect zijn handig om gegevens te genereren of te bewerken.
Raadpleeg FileMaker Pro Help voor informatie over specifieke functies.
Houd rekening met het volgende:
-
Als u voorwaardelijk gedrag wilt maken op basis van het type client, gebruikt u de functie Get (SysteemPlatform). Als de functie 4 als resultaat geeft, opent de huidige gebruiker uw oplossing via FileMaker WebDirect.
-
U kunt detecteren op welk besturingssysteem en in welke webbrowser uw oplossing is geopend met behulp van de functie Get (SysteemVersie). Als u problemen met de identificatie van het apparaat hebt, gebruikt u Get (VensterBreedte) en Get (VensterHoogte) om de gepaste lay-outs voor het apparaat te identificeren.
Scripts
FileMaker Pro-scripts zijn handig om vaak uitgevoerde taken te automatiseren of verscheidene taken te combineren. Wanneer scripts in FileMaker WebDirect worden gebruikt, kunnen ze internetgebruikers toestaan om meer taken uit te voeren of om eenvoudig enkele taken uit te voeren door gewoon op een knop te klikken.
FileMaker WebDirect ondersteunt meer dan 100 scriptstappen. Als u wilt zien welke scriptstappen worden ondersteund, opent u het venster Scriptwerkruimte in FileMaker Pro, klikt u op en kiest u vervolgens FileMaker WebDirect. Scriptstappen in een grijze kleur worden niet in FileMaker WebDirect ondersteund.
Hoewel vele scriptstappen op dezelfde manier werken in FileMaker WebDirect, zijn er enkele die anders werken, zoals de Windows-scriptstappen. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Houd rekening met het volgende:
-
Gebruik accounts en privileges om de reeks scripts te beperken die een internetgebruiker kan uitvoeren. Controleer of de scripts alleen scriptstappen bevatten die compatibel zijn met FileMaker WebDirect en alleen toegang bieden tot scripts die vanuit een webbrowser moeten worden gebruikt.
-
Denk ook aan de neveneffecten van scripts die een reeks stappen uitvoeren die door toegangsprivileges worden geregeld. Als een script bijvoorbeeld een stap voor het verwijderen van records bevat en een internetgebruiker meldt zich niet aan met een account die dit toestaat, zal het script de scriptstap Record/verzoek verwijderen niet uitvoeren. Het script kan mogelijk wel verder worden uitgevoerd, maar kan dan tot onverwachte resultaten leiden.
-
Stel in dat scripts met volledige toegangsprivileges moeten worden uitgevoerd om taken uit te voeren waartoe u individuele gebruikers geen toegang wilt verlenen. U kunt bijvoorbeeld beletten dat gebruikers, ongeacht hun accounts en privileges, records kunnen verwijderen, maar ze toch toestaan om een script uit te voeren dat bepaalde typen records verwijdert mits aan vooraf gedefinieerde voorwaarden in het script wordt voldaan.
-
Als een script een niet-ondersteunde scriptstap (een stap die niet compatibel is met FileMaker WebDirect) of een onbekende scriptstap (een verouderde of niet-herkende stap) aantreft, wordt de scriptstap overgeslagen en gaat het script verder met de uitvoering.
-
In FileMaker WebDirect hebben scripts geen toegang tot het bestandssysteem van de client. Internetgebruikers moeten te importeren of in te voegen bestanden selecteren en geëxporteerde of opgeslagen bestanden worden gedownload naar de standaard downloadlocatie van de webbrowser.
-
Scriptstappen hebben geen toegang tot een veld als de toegang ertoe is beperkt door de optie Bladeren of Zoeken in het Infovenster van FileMaker Pro.
Scriptactiveringen
Net zoals in FileMaker Pro kunnen acties van gebruikers (zoals de gebruiker die op een veld klikt) en scripts scriptactiveringen in FileMaker WebDirect activeren. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Opmerking:als een internetgebruiker een browservenster sluit of op de knop Vernieuwen van de webbrowser klikt, verlaat FileMaker WebDirect de huidige sessie zonder af te melden of de scriptactiveringen BijVensterSluiten en BijLaatsteVensterSluiten te activeren. Als de internetgebruiker op de knop Vernieuwen klikt, maakt FileMaker WebDirect een nieuwe verbinding met FileMaker Server of FileMaker Cloud waardoor de scriptactiveringen BijEersteVensterOpenen en BijVensterOpenen worden geactiveerd.
Stap 9: configureer externe gegevensbronnen
Naast gegevensinvoer door internetgebruikers kunnen FileMaker WebDirect-oplossingen toegang verkrijgen tot externe ODBC- en FileMaker-gegevensbronnen.
Externe ODBC-gegevensbronnen configureren
Voor de ondersteuning van verificatie met een externe ODBC-gegevensbron in FileMaker WebDirect gebruikt u FileMaker Pro om de gebruikersnaam en het wachtwoord voor de externe gegevensbron in de oplossing op te slaan. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Als een oplossing is geconfigureerd voor eenmalige aanmelding bij de ODBC-gegevensbron, worden de gebruikers gevraagd hun aanmeldingsgegevens in te voeren wanneer ze toegang tot de ODBC-gegevensbron willen.
Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help voor informatie over externe ODBC-gegevensbronnen.
Externe FileMaker-gegevensbronnen configureren
Voor de toegang tot externe FileMaker-gegevensbronnen in FileMaker WebDirect moeten alle databasebestanden waarnaar wordt verwezen, zijn gehost op dezelfde FileMaker Server- of FileMaker Cloud-installatie als de FileMaker WebDirect-oplossing.
Voor de ondersteuning van verificatie bij een externe FileMaker-gegevensbron in FileMaker WebDirect moeten de FileMaker WebDirect-oplossing en de externe gegevensbron overeenkomstige accountnamen en wachtwoorden hebben toegewezen aan privilegesets waarbij het uitgebreide privilege voor FileMaker WebDirect is ingeschakeld.
Als de accountnaam en het wachtwoord van de internetgebruiker in de FileMaker WebDirect-oplossing niet overeenkomen met een account in de externe gegevensbron, wordt de gebruiker gevraagd om zich aan te melden bij de externe gegevensbron wanneer de FileMaker WebDirect-oplossing hiertoe probeert toegang te krijgen.
Raadpleeg FileMaker Pro Help voor informatie over externe FileMaker-gegevensbronnen.
Stap 10: documenteer uw oplossing
Voorzie documentatie in een afzonderlijke lay-out of webpagina om uit te leggen hoe internetgebruikers uw oplossing moeten gebruiken. Doe dit in het bijzonder als de oplossing veel lay-outs en scriptknoppen bevat.
U dient de volgende informatie in uw documentatie te vermelden:
-
Bladeren door records en records zoeken: laat internetgebruikers weten dat ze met gegevens werken in de modus Bladeren en records zoeken in de modus Zoeken. Geef aan hoe ze records kunnen maken, bewerken, verwijderen, zoeken en sorteren.
-
Navigeren door de oplossing: vertel internetgebruikers hoe ze records in gepaste lay-outs en weergaven kunnen bekijken.
-
Sessie sluiten: vertel internetgebruikers om de menubalk te openen en vervolgens op Afmelden te klikken om hun verbinding met FileMaker Server of FileMaker Cloud juist te verbreken. Raadpleeg Stap 7: geef gebruikers de mogelijkheid om zich af te melden bij de oplossing.
-
Lay-outobjecten: maak knopinfo voor lay-outobjecten om internetgebruikers te helpen begrijpen hoe ze met uw oplossing kunnen werken. De tekst van knopinfo wordt in de standaard tekststijl van de webbrowser weergegeven.
-
Pop-upblokkeringen: vertel internetgebruikers hoe ze de pop-upblokkering van hun browser moeten uitschakelen. Bepaalde pop-upblokkeringen voorkomen dat FileMaker WebDirect e-mails verstuurt, PDF’s in nieuwe tabbladen weergeeft, URL’s opent via de scriptstap ‘URL openen’, FileMaker WebDirect Help opent en feedback naar FileMaker, Inc. verstuurt.
Een FileMaker WebDirect-oplossing publiceren
Een FileMaker WebDirect-oplossing delen
Als u een database op het internet wilt publiceren als een FileMaker WebDirect-oplossing, gebruikt u FileMaker Pro om te bepalen welke accounts toegang hebben tot de oplossing vanuit een webbrowser en om de database vervolgens te uploaden naar FileMaker Server of FileMaker Cloud.
Kiezen welke gebruikers toegang kunnen hebben tot een oplossing
Elk databasebestand moet zijn geconfigureerd om toegang te verlenen bij één of meerdere privilegesets opdat internetgebruikers toegang hebben tot een FileMaker WebDirect-oplossing.
-
Open de database in FileMaker Pro.
-
Kies Bestand > Samengebruik > Configureren voor FileMaker WebDirect.
-
Kies de bestandsnaam voor de publicatie op het internet.
-
Kies welke gebruikers toegang hebben tot het bestand via FileMaker WebDirect.
Opmerking:als u de instelling FileMaker WebDirect-toegang tot het bestand wijzigt terwijl gebruikers zijn aangemeld, worden die gebruikers niet afgemeld en kunnen ze de oplossing verder blijven gebruiken totdat ze zich afmelden of hun sessie een time-out vertoont. Als u wijzigingen maakt aan de FileMaker WebDirect-instellingen terwijl gasten zijn aangemeld bij een oplossing, worden de gasten afgemeld en gaan ze terug naar het Startpaneel van FileMaker WebDirect.
-
Herhaal de stappen 3 tot en met 4 voor elke database die u wilt publiceren.
Tip:selecteer Niet weergeven in Startpaneel van FileMaker WebDirect als uw oplossing uit meerdere bestanden bestaat en u niet alle bestandsnamen wilt weergeven.
-
Klik op OK.
-
Sluit de database.
Houd rekening met het volgende:
-
Door in het dialoogvenster FileMaker WebDirect-instellingen de toegang tot bestanden toe te wijzen, worden de uitgebreide privilege-instellingen in de privilegeset van de overeenkomstige gebruiker gewijzigd. U kunt de instellingen van uitgebreide privileges rechtstreeks controleren en wijzigen in het dialoogvenster Beveiliging beheren. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
-
De lijst met geopende bestanden en opties voor toegang tot bestanden in het dialoogvenster FileMaker WebDirect-instellingen wordt grijs weergegeven als u niet beschikt over volledige toegangsprivileges of niet beschikt over privileges om de uitgebreide privileges voor een bestand te beheren.
-
Internetgebruikers kunnen oplossingen openen zonder een wachtwoord op te geven als de Gastaccount is ingesteld voor internettoegang of een account en een wachtwoord zijn opgegeven in het dialoogvenster Bestandsopties in FileMaker Pro.
-
Als een ontwikkelaar van een oplossing een script maakt dat de scriptstap Opnieuw aanmelden bevat, kunnen internetgebruikers veranderen van account wijzigen zonder de oplossing te verlaten (om bijvoorbeeld over te schakelen van de Gastaccount naar een account met meer privileges).
Een FileMaker WebDirect-oplossing uploaden
Als u een FileMaker WebDirect-oplossing beschikbaar wilt stellen voor internetgebruikers, moet u de databasebestanden in de oplossing op FileMaker Server of FileMaker Cloud hosten. U kunt databasebestanden met FileMaker Pro uploaden. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Voor informatie over hoe u databases handmatig uploadt naar FileMaker Server, raadpleegt u FileMaker Server Help.
FileMaker WebDirect-instellingen in Admin Console
Als u de taal- en verbindingsinstellingen wilt wijzigen, start u Admin Console op een computer die netwerktoegang tot de FileMaker Server- of FileMaker Cloud-installatie heeft die uw oplossing host.
Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help voor een complete beschrijving van de kenmerken en de functionaliteit van de Admin Console.
De lijst met oplossingen in Startpaneel van FileMaker WebDirect beperken
Opmerking:deze functie is niet beschikbaar in FileMaker Cloud.
U kunt de lijst met de weergegeven gehoste oplossingen in het Startpaneel van FileMaker WebDirect beperken tot de oplossingen waartoe elke internetgebruiker toegang heeft. Internetgebruikers worden gevraagd hun accountgegevens op te geven alvorens ze het Startpaneel van FileMaker WebDirect kunnen zien. Raadpleeg FileMaker Server Help
Een taal voor FileMaker WebDirect kiezen
Opmerking:deze functie is niet beschikbaar in FileMaker Cloud.
Standaard geeft FileMaker WebDirect de interface, knopinfo en de Help op het scherm weer in de huidige taal van uw webbrowser. Als FileMaker WebDirect de taal van de webbrowser niet kan detecteren of niet ondersteunt, gebruikt het de taal die in de Admin Console is opgegeven. De keuze of de wijziging van een taal heeft geen invloed op uw gegevens. Raadpleeg FileMaker Server Help.
Het maximale aantal verbindingen bekijken
Elke FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie heeft een maximaal aantal gebruikersconnecties. Wanneer het maximale aantal verbindingen is bereikt, zien de extra internetgebruikers een foutbericht in de webbrowser wanneer ze toegang tot de oplossing proberen te verkrijgen.
Houd rekening met het volgende:
- Als u denkt dat FileMaker Server of FileMaker Cloud niet het maximale aantal gebruikersconnecties heeft bereikt, is het mogelijk dat een internetgebruiker zich niet juist heeft afgemeld bij de oplossing. U kunt wachten tot de time-out voor de sessies is verstreken, het bestand sluiten om de verbinding van alle gebruikers met de oplossing te verbreken of de verbinding van specifieke gebruikers verbreken via de Admin Console. Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
- Internetgebruikers moeten vermijden om dezelfde oplossing te openen vanuit meerdere browservensters of in meerdere tabbladen van hetzelfde browservenster. Elk browservenster of tabblad gebruikt een eigen verbinding met FileMaker Server of FileMaker Cloud, waardoor die het maximale aantal gebruikersconnecties snel kan bereiken. Raadpleeg Werken met virtuele vensters.
SSL-codering inschakelen
Belangrijk:als u niet de serverbeheerder bent, neemt u contact op met de serverbeheerder alvorens wijzigingen aan de beveiligingsinstellingen te maken.
Overweeg SSL-codering (Secure Sockets Layer) te gebruiken om de communicatie tussen FileMaker WebDirect en FileMaker Server of FileMaker Cloud te beveiligen. SSL-certificaten identificeren digitaal de zender, de ontvanger of beide partijen om beveiligde verbindingen tussen FileMaker Server of FileMaker Cloud en FileMaker-clients tot stand te brengen. Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Houd rekening met het volgende:
- Het standaard SSL-certificaat van FileMaker dat standaard wordt geïnstalleerd bij FileMaker Server is alleen beschikbaar voor testdoeleinden. Het gebruik van een oplossing met het standaard SSL-certificaat van FileMaker of een ongeldig SSL-certificaat kan leiden tot onverwachte resultaten.
- Als u SSL-codering inschakelt, importeert u een eigen SSL-certificaat vanaf een certificeringsinstantie die door FileMaker wordt ondersteund. Als u SSL-codering inschakelt zonder een eigen SSL-certificaat te importeren, toont FileMaker WebDirect beveiligingsberichten aan internetgebruikers en opent het mogelijk geen oplossingen in bepaalde webbrowsers.
- Als u SSL-codering inschakelt, gebruikt u de domeinnaam van de FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie wanneer u het Startpaneel van FileMaker WebDirect of een FileMaker WebDirect-oplossing opent. Raadpleeg Een FileMaker WebDirect-oplossing openen.
HTTP Strict Transport Security inschakelen
Overweeg om HTTP Strict Transport Security (HSTS) te gebruiken wanneer u FileMaker WebDirect-communicatie met SSL codeert. HSTS zegt de webbrowser om alleen HTTPS-verbindingen vanaf een specifieke hostnaam langdurig te accepteren om ongecodeerde communicatie tussen de browser en FileMaker Server te voorkomen. Raadpleeg FileMaker Server Help.
Belangrijk:zodra een webbrowser verbinding maakt met een FileMaker Server-implementatie via HTTPS en HSTS, weigert de browser alle HTTP-verzoeken van de hostnaam van die implementatie. Om HTTP-verzoeken van die hostnaam te accepteren, wist u de geschiedenis, de cache en de HSTS-cache van de browser.
Aantekeningen
- HSTS is altijd ingeschakeld in FileMaker Cloud.
- macOS: als u HSTS in FileMaker Server inschakelt, zorgt u ervoor dat aangepaste startpagina’s en aangepaste webinhoud worden gehost in de WPE HTTPS-directory. Raadpleeg FileMaker Server Help.
Verbinding van inactieve accounts verbreken
U kunt bepalen hoe lang oplossing met de oplossing verbonden blijven wanneer hun sessie, of verbinding met de webserver, inactief is. Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Als u bezorgd bent dat internetgebruikers zich niet juist afmelden bij de oplossing, stelt u een korte time-out voor sessies in. U kunt ook een scriptknop maken om internetgebruikers af te melden. Raadpleeg Werken met virtuele vensters.
Een FileMaker WebDirect-oplossing openen
Internetgebruikers openen FileMaker WebDirect-oplossingen via het Startpaneel van FileMaker WebDirect, een HTML-pagina of een aangepaste startpagina.
Startpaneel van FileMaker WebDirect openen
In het Startpaneel van FileMaker WebDirect ziet u pictogrammen en namen voor elke gehoste FileMaker WebDirect-oplossing.
Als u wilt beletten dat een oplossing wordt weergegeven in het Startpaneel van FileMaker WebDirect, raadpleegt u Kiezen welke gebruikers toegang kunnen hebben tot een oplossing en De lijst met oplossingen in Startpaneel van FileMaker WebDirect beperken.
-
Open de webbrowser en typ:
http://<host>/fmi/webd
waarbij
<host>
het IP-adres of de domeinnaam van uw FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie is.Als SSL is ingeschakeld, moet
<host>
een volledig gekwalificeerde domeinnaam zijn in plaats van een IP-adres. -
Klik op de bestandsnaam van een oplossing om de oplossing te openen.
Houd rekening met het volgende:
-
In sommige gevallen kunnen internetgebruikers de naam van het domein of het subdomein van de FileMaker Server-host typen in plaats van het IP-adres, zoals:
http://uwbedrijf.com/fmi/webd
ofhttp://accounts.uwbedrijf.com/fmi/webd
. Neem contact op met uw internetaanbieder (ISP) of netwerkbeheerder voor informatie over het toewijzen van een domeinnaam aan een IP-adres. -
Als u een oplossing wilt openen via een verbinding met SSL-codering, plaatst u
http://
voor het IP-adres of de domeinnaam van de host. Raadpleeg SSL-codering inschakelen, FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Koppeling naar een database maken vanaf een HTML-pagina
In plaats van internetgebruikers het IP-adres of de domeinnaam te laten typen om toegang tot uw database te verkrijgen, kunt u ook een koppeling naar uw oplossing geven.
Om dit te bekijken | Gebruikt u deze koppeling |
---|---|
Startpaneel van FileMaker WebDirect | http://<host>/fmi/webd |
Een specifieke database | http://<host>/fmi/webd/<databasenaam> |
Een bepaalde database en een script uitvoeren | http://<host>/fmi/webd/<databasenaam>[?script=<scriptnaam>[¶m=<scriptparameter>][<&$naam variabele>=<waarde>]] |
Houd rekening met het volgende:
-
Als u een koppeling naar een database of het Startpaneel van FileMaker WebDirect wilt gebruiken via een verbinding met SSL-codering, typt u
http://
voor het IP-adres of de domeinnaam van de host. Raadpleeg Uw gegevens beveiligen, FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help. -
Als u uw oplossingen vaak sluit of als internetgebruikers een aantal oplossingen openen, kunt u overwegen een koppeling naar het Startpaneel van FileMaker WebDirect te maken die dynamische koppelingen maakt voor alle databases die zijn geopend en met FileMaker WebDirect worden gedeeld.
-
Als een databasenaam, scriptnaam, scriptparameter, naam van een variabele of waarde van een variabele spaties of andere speciale tekens bevat, vervangt u de tekens door de overeenkomstige gecodeerde waarden die zijn vereist voor geldige URL's. Vervang bijvoorbeeld een spatie door %20.
-
Voor de weergave van FileMaker WebDirect-inhoud in
<iframe>
-tags van afzonderlijke webpagina's, moeten die webpagina's ook worden gehost door de webserver van FileMaker Server of FileMaker Cloud. Webpagina's gehost door andere webservers maken mogelijk geen gebruik van de<iframe>
-tag om FileMaker WebDirect-inhoud in te sluiten.
Aanmelden met HTTP POST
Gebruikers kunnen zich bij FileMaker WebDirect-oplossingen aanmelden met een HTTP POST-verzoek in plaats van het Startpaneel van FileMaker WebDirect of een aangepaste startpagina te gebruiken.
Om een oplossing met een specifieke accountnaam en bijbehorend wachtwoord te openen, maakt u een koppeling naar de database die u wilt openen (raadpleeg Koppeling naar een database maken vanaf een HTML-pagina) en voegt u twee HTTP POST-parameters toe: user
en pwd
. Stel de waarde voor user
In op de gewenste accountnaam en stel de waarde voor pwd
In op het wachtwoord van de account.
Belangrijk:gebruik SSL voor aanmeldingen met een HTTP POST-verzoek. Als u SSL niet gebruikt, zijn de opgegeven accountnaam en het bijbehorende wachtwoord niet gecodeerd en dus minder veilig.
Een eigen startpagina gebruiken
Opmerking:deze functie is niet beschikbaar in FileMaker Cloud.
Als u een eigen startpagina wilt gebruiken voor uw FileMaker WebDirect-oplossingen, plaatst u een HTML-bestand in de hoofdmap van de webserver. Deze map bevindt zich op de computer in uw FileMaker Server-installatie waar de webserver actief is.
Hieronder ziet u de standaardlocaties van de hoofdmap op webservers.
-
Windows: voor IIS via HTTP of HTTPS:
[schijf]:\Program Files\FileMaker\FileMaker Server\HTTPServer\conf
waarbij
[schijf]
de schijf is waarop het onderdeel Web Publishing Engine van uw FileMaker Server-implementatie staat. -
macOS: voor Apache via HTTP:
/Library/FileMaker Server/HTTPServer/htdocs
-
macOS: voor Apache via HTTPS:
/Library/FileMaker Server/HTTPServer/htdocs/httpsRoot
U kunt uw eigen startpagina maken om bijvoorbeeld internetgebruikers om te leiden naar een andere pagina op uw website, of u kunt het bestand fmwebd_home.html in de schijfkopie gebruiken als basis voor uw eigen startpagina. Maak een kopie van het originele bestand alvorens het te wijzigen.
Gebruik de volgende URL-syntaxis voor toegang tot uw eigen startpagina:
<schema>://<IP-adres>/<bestandsnaam>
Als uw eigen startpagina bijvoorbeeld xyz_home.html is en het IP-adres van Web Publishing Engine is 192.168.123.101, verwijst u gebruikers naar de volgende URL:
http://192.168.123.101/xyz_home.html
Als u internetgebruikers wilt terugbrengen naar een aangepaste startpagina wanneer ze zich afmelden, voegt u de parameter homeurl
toe aan elke URL van de FileMaker WebDirect-oplossing. Bijvoorbeeld:
http://192.168.123.101/fmi/webd/Contacts?homeurl=http://192.168.123.101/xyz_home.html
U kunt homeurl
Instellen op de URL van de aangepaste startpagina of een andere URL.
Een oplossing testen, volgen en beveiligen
Look en functionaliteit van uw oplossing testen
Voordat u aan internetgebruikers kenbaar maakt dat uw FileMaker WebDirect-oplossing beschikbaar is, doet u er goed aan om na te gaan of deze eruitziet en werkt zoals u verwacht.
-
Test functies zoals het zoeken, toevoegen, verwijderen, sorteren, importeren, exporteren en afdrukken van records met verschillende accounts en privilegesets.
-
Controleer of de privilegesets werken zoals u verwacht door u met verschillende accounts aan te melden. Zorg ervoor dat onbevoegde gebruikers geen toegang hebben tot uw gegevens of ze kunnen wijzigen.
-
Controleer of alle containervelden de containergegevens zoals verwacht opslaan en weergeven. Raadpleeg Werken met afbeeldingen, geluiden en films.
-
Test alle scripts en scriptknoppen om te controleren of u het verwachte resultaat krijgt. Raadpleeg Scripts.
-
Test uw oplossing met verschillende besturingssystemen en browsers.
-
Als de oplossing niet correct wordt weergegeven, raadpleegt u Vereisten voor FileMaker WebDirect en Stap 2: begrijp de mogelijkheden van FileMaker WebDirect.
Uw database met een netwerkverbinding testen
Om toegang te krijgen tot een gepubliceerde oplossing, opent u een webbrowser, typt u het IP-adres of de domeinnaam van de FileMaker Server- of FileMaker Cloud-implementatie gevolgd door /fmi/webd
en drukt u op Enter of Return. Raadpleeg Een FileMaker WebDirect-oplossing openen.
Uw database zonder een netwerkverbinding testen
Opmerking:deze functie is niet beschikbaar in FileMaker Cloud.
Test uw database in alle compatibele webbrowsers op uw FileMaker Server-computer.
Als u FileMaker WebDirect-oplossingen wilt openen op de hostcomputer, opent u een webbrowser, typt u http://127.0.0.1/fmi/webd
en drukt u op Enter of Return.
Het Startpaneel van FileMaker WebDirect bevat normaal een lijst van alle geopende databasebestanden waarvoor FileMaker WebDirect is ingeschakeld. Als u in de lijst geen open, gedeelde database ziet, raadpleegt u Een FileMaker WebDirect-oplossing openen.
Webactiviteit bijhouden in logbestanden
Gebruik de logboeken in de Admin Console om de activiteit, de clienttoegang en andere gegevens van uw FileMaker WebDirect-oplossingen te zien. Raadpleeg FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Houd rekening met het volgende:
-
Vermeldingen worden aan een logbestand toegevoegd in de volgorde waarin FileMaker Server of FileMaker Cloud ze verwerkt.
-
U kunt ook FileMaker Pro-functies gebruiken om de gebruikersactiviteit bij te houden. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Uw gegevens beveiligen
Wanneer u een FileMaker WebDirect-oplossing publiceert, is het van belang dat u bepaalt wie toegang moet hebben tot de gegevens en dat u opgeeft welke taken gebruikers kunnen uitvoeren. Raadpleeg de FileMaker-beveiligingshandleiding, FileMaker Pro Help, FileMaker Server Help en FileMaker Cloud Help.
Houd deze aandachtspunten voor de beveiliging in het achterhoofd:
-
Gebruik SSL-codering (Secure Sockets Layer) om de communicatie tussen FileMaker WebDirect en FileMaker Server of FileMaker Cloud te beveiligen. Raadpleeg SSL-codering inschakelen.
-
Gebruikersaccounts werken altijd op dezelfde wijze ongeacht de technologieën waarmee clients uw oplossingen openen. Als u bijvoorbeeld een account met beperkte toegang maakt die geen records kan verwijderen, kunnen gebruikers die de oplossing met die accountnaam en dat wachtwoord openen geen records verwijderen, ongeacht of ze de gegevens openen vanuit FileMaker WebDirect, een ODBC-gegevensbron of FileMaker Pro.
-
Wanneer u de toegang tot oplossingen via FileMaker WebDirect toestaat, wijst u best accounts en privilegesets aan internetgebruikers toe in plaats van alle gebruikers toegang te verlenen.
-
Als een account bladerprivileges van het type record-per-record beperkt, maar niet het privilege om records te verwijderen, kunnen gebruikers records verwijderen die zij niet kunnen zien.
-
Aangezien fabrikanten van besturingssystemen beveiligingsproblemen blijven oplossen, is het mogelijk dat zij bepaalde functies uitschakelen, wat vaak samengaat met het wijzigen van beveiligingsinstellingen in de webbrowser van de gebruiker. Door zulke wijzigingen is het mogelijk dat web viewers in FileMaker WebDirect worden uitgeschakeld of dat hun werking verandert. Vertel gebruikers hoe ze de beveiligingsinstellingen in hun browser kunnen wijzigen zodat web viewers juist werken of zorg ervoor dat de URL's die worden gebruikt door uw web viewers alleen voor betrouwbare webpagina's zijn.
Aandachtspunten bij het ontwerp
Bepaalde aspecten van FileMaker Pro-oplossingen vertonen een ander gedrag op het internet. Houd tijdens het ontwerp van uw oplossing rekening met het volgende:
Algemene aandachtspunten
- FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor bewegingen of animaties.
- Een oplossing aanpassen terwijl internetgebruikers zijn verbonden, kan leiden tot onverwachte resultaten. Als u bijvoorbeeld wijzigingen opslaat in een lay-out waartoe internetgebruikers toegang hebben in de lijstweergave, wordt de huidige record van elke internetgebruiker gewijzigd in de eerste record in de gevonden reeks.
- Gebruik lettertypen die op het doelbesturingssystemen zijn geïnstalleerd. Als een lettertype niet beschikbaar is, vervangt de webbrowser het niet beschikbare lettertype door een standaardlettertype.
- Objecten en gegroepeerde objecten mogen geen meerdere lay-outgedeelten omspannen. Als een object of een groep objecten meerdere gedeelten omspant, wordt dit alleen weergegeven in het lay-outgedeelte waaraan deze is verankerd.
- Wanneer een gebruiker naar een veld in een portaal gaat, worden records in het portaal pas bijgewerkt wanneer de gebruiker het veld verlaat.
- Voor de identificatie van de huidige record in de Lijstweergave past u de stijl voor de actieve objectstatus toe op het hoofdgedeelte van de lay-out. De indicator van de huidige record wordt niet ondersteund in de lijstweergave.
- Als u een object kopieert vanaf een lay-out met het thema Klassiek, wijzigt u het object zodat het een stijl gebruikt die in het thema van de doellay-out is gedefinieerd.
- De opties markering, superscript en subscript voor voorwaardelijke opmaak worden niet ondersteund. Onderstreept, woord onderstreept en dubbel onderstreept worden allemaal weergegeven als gewoon onderstreept.
- Knopinfo wordt niet ondersteund voor de volgende lay-outobjecten: tekst, afbeeldingen, velden die geen invoer toestaan, samenvoegvelden, samenvoegvariabelen, portalen, grafieken en web viewers die geen interactie toestaan.
- FileMaker WebDirect toont schuifbalken overeenkomstig de systeemvoorkeuren. FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor de optie Scroll balk tonen in het dialoogvenster Portaalinstelling.
Mobiele browsers
-
Mobiele browsers bieden geen ondersteuning voor de optie om altijd verticale schuifbalken in portalen te tonen.
- Mobiele browsers bieden geen ondersteuning voor knopinfo.
-
Mobiele browsers geven een toetsenbord op het scherm alleen weer wanneer de gebruiker op een veld tikt.
-
Stel de taal van FileMaker WebDirect in de Admin Console van FileMaker Server in alvorens u de oplossing publiceert. Sommige mobiele browsers werken de taal van FileMaker WebDirect niet automatisch bij nadat deze is gewijzigd. Als u een mobiele browser de taal van FileMaker WebDirect wilt laten bijwerken, wist u de cache van de browser.
- PDF-bestanden in containervelden zijn niet interactief. Op iOS-apparaten geven containervelden alleen de eerste pagina van de PDF weer. Op Android-apparaten klikt u op koppelingen in containervelden om PDF's in nieuwe browservensters te bekijken. Als u met de PDF's in containervelden wilt werken, opent u de oplossing in Windows of macOS.
Velden
-
Als een veld systeeminstellingen gebruikt om gegevens weer te geven, gebruikt FileMaker WebDirect de standaard systeeminstellingen voor de locatie waarin de oplossing is gemaakt. De standaard systeeminstellingen zijn van invloed op de opmaak van datums, tijd en tijdstempels in velden, samenvoegvelden en validatieberichten.
-
Velden kunnen veldwaarden niet automatisch invullen (type-ahead) op basis van bestaande waarden of invoerlijsten.
-
De tekstrichting Naast elkaar wordt niet ondersteund.
-
Regelafstand wordt niet ondersteund.
-
Veldranden en opvullingen worden op alle records getoond. De optie Velden alleen in het huidige record weergeven in het dialoogvenster Lay-outinstelling wordt niet ondersteund.
-
Vraag gebruikers om voorloop- of volgspaties in een tekstveld te vermijden omdat de gegevens mogelijk niet in het tekstveld verschijnen wanneer de oplossing in FileMaker WebDirect wordt geopend. Als extra spaties nodig zijn, moet u ervoor zorgen dat het tekstveld breed genoeg is voor het gebruik van de extra spaties of voegt u een schuifbalk aan het tekstveld toe.
-
Verborgen invoervakken geven geen teruglooptekens als verborgen tekens weer.
- Groepen selectievakjes en groepen keuzerondjes worden als standaard HTML-besturingselementen weergegeven. Ze bieden geen ondersteuning voor objectstijlen. Als ze zijn bijgesneden, vergroot u de velden in de FileMaker Pro-lay-out.
- In venstermenu's en keuzelijsten kunnen internetgebruikers de opties Bewerken of Overige niet gebruiken om waarden te bewerken of om ze aan een invoerlijst toe te voegen.
-
Internetgebruikers kunnen een bestand van wel 300 MB in elk containerveld invoegen. Om een bestand in te voegen dat groter is dan 300 MB, gebruikt u FileMaker Pro.
-
Internetgebruikers kunnen in interactieve containervelden werken met bestanden met een maximale grootte van 300 MB. Als een bestand groter is dan 300 MB, moeten internetgebruikers de inhoud van het containerveld exporteren om te werken met het bestand. Gebruik FileMaker Pro om te werken met bestanden die groter zijn dan 300 MB.
-
Als u wilt toestaan dat internetgebruikers gegevens uit containervelden kunnen exporteren, stelt u Beschikbare menuopdrachten in op Alles in het dialoogvenster Privilegeset bewerken.
Vensterbesturingselementen
- Minimaliseer het aantal eigen stijlen voor vensterbesturingselementen. Als een eigen stijl is toegepast op een vensterbesturingselement, kan de eigen stijl verschijnen in andere vensterbesturingselementen van dezelfde lay-out, zelfs als die besturingselementen andere stijlen hebben.
- Objecten die op het tablabel van een tabbladbesturingselement worden geplaatst, worden in een deelvenster weergegeven.
- Mocht u schuifpanelen in uw oplossing ontwerpen, selecteer dan Navigatiepunten tonen in het dialoogvenster Schuifbesturingselementinstellingen zodat internetgebruikers kunnen navigeren tussen schuifpanelen met de punten van het schuifbesturingselement. Schuifbesturingselementen bieden geen ondersteuning voor het vegen door deelvensters in de webbrowser. Als alternatief kunt u scripts definiëren voor de navigatie tussen schuifpanelen.
Popover-vensters
-
De grootte van popover-vensters wordt niet aangepast wanneer de grootte van het venster wel wordt aangepast. Ontwerp daarom popovers voor de grootte van het browservenster. Een browservenster verkleinen zodat het kleiner is dan een popover-venster of een popover-venster openen dat groter is dan het huidige venster, kan leiden tot onverwachte resultaten.
-
Wanneer een gebruiker scrolt in de Lijstweergave, worden popovers pas gesloten wanneer de gebruiker een andere record opent.
Knoppenbalken
-
In de Lijstweergave hebben knoppenbalken mogelijk verschillende actieve segmenten voor elke record in de gevonden reeks.
-
Wanneer het formaat van een knoppenbalk wordt gewijzigd, geeft de knoppenbalk het actieve standaardsegment weer.
Web viewers
- Bepaalde webpagina's worden mogelijk niet correct geladen omdat hun ontwikkelaars beveiligingsfuncties hebben geïmplementeerd. Test alle webpagina's die u in de web viewer wilt weergeven.
- Wanneer u een FileMaker WebDirect-oplossing opent via een verbinding met SSL-codering, geven web viewers alleen webpagina's weer die met SSL-codering zijn beveiligd. Wanneer u bovendien een FileMaker WebDirect-oplossing opent via een verbinding zonder SSL-codering, geven web viewers alleen webpagina's weer die niet met SSL-codering zijn beveiligd.
- Webgebruikers kunnen op een beperkte manier interactief werken met de inhoud van een Web Viewer, zelfs als u het selectievakje Interactie met Web Viewer-inhoud toestaan in het dialoogvenster Web Viewer instellen uitschakelt. Beperkte interactie kan ook mogelijk zijn als een Web Viewer als een knop is gedefinieerd.
- Webpagina's die code laden, zoals JavaScript of verwijzingen naar Java, ActiveX, Flash of andere plug-ins, voeren die code uit in de webbrowser van de gebruiker. Sommige webtechnologieën worden mogelijk niet ondersteund of worden in FileMaker WebDirect anders ondersteund. Beveiligingsinstellingen in de browser van de gebruiker kunnen het gebruik van deze plug-ins ook beletten.
- Als de inhoud van een web viewer één of meerdere opmerkingen bevat, gebruikt u opmerkingen in de C-stijl. Opmerkingen in de C-stijl beginnen met de tekens /* en eindigen met de tekens */. FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor opmerkingen in de C++-stijl die beginnen met de tekens // en eindigen aan het einde van de regel.
- Als de URL die door een web viewer is berekend, geen dubbelepunt (:) bevat, voegt FileMaker WebDirect het prefix http:// toe aan het begin van de URL. Om fouten te vermijden, voegt u het juiste prefix toe aan het webadres wanneer u een Web Viewer instelt.
- De opties Vorige en Volgende van de scriptstap Web viewer instellen worden niet ondersteund in FileMaker WebDirect. Als u achteruit en vooruit wilt navigeren in een web viewer in FileMaker WebDirect, klikt u rechts (Windows) of Control-klikt u (macOS) in de web viewer en kiest u Vorige of Volgende. Als de lay-out meer dan één web viewer bevat, werkt het venstermenu alleen voor de web viewer waarin de meest recente navigatie van de ene pagina naar de andere heeft plaatsgevonden, en niet noodzakelijk voor de web viewer waarop uw cursor zich bevindt.
- FileMaker WebDirect ondersteunt geen web viewers waarvan de inhoud door FileMaker WebDirect wordt gepubliceerd. Er wordt geen webpagina in een web viewer weergegeven als de URL van de web viewer “/” bevat.
/fmi/webd
. - Inhoud in een web viewer kan onbedoelde effecten hebben op FileMaker WebDirect. Een URL (een URL berekend op basis van veldgegevens of een URL die de gebruiker instelt door in een web viewer op een koppeling te klikken) kan bijvoorbeeld verwijzen naar een pagina met het kenmerk
target=top
. Dit kenmerk zorgt ervoor dat FileMaker WebDirect in het venster van de webbrowser wordt vervangen door die pagina.
Randen en opvulling
-
Objectranden met een dikte die geen geheel getal is, worden naar beneden afgerond tot het eerste gehele getal. Diktes die groter zijn dan 0 punten maar kleiner dan 1 punt worden vergroot tot 1 punt.
-
Als u een rand toepast op een lay-outgedeelte of een lay-outachtergrond, mag u geen objecten op de rand plaatsen. Anders worden de onderdelen van de objecten over de rand niet weergegeven in de webbrowser.
-
Als u de segmentopvulling van een afbeelding toepast op een lay-outonderdeel of lay-outachtergrond, mag u geen lay-outobjecten op of naast de afbeeldingssegmenten plaatsen die aan het lay-outonderdeel of lay-outachtergrond grenzen. Anders worden lay-outobjecten mogelijk niet zoals verwacht weergegeven.
-
Als u de inhoud van het object wilt weergeven op een ingestelde afstand van de rand van het object, wijzigt u de opvulling van het object. FileMaker WebDirect biedt geen ondersteuning voor inspringen.
Verborgen voorwaarden
-
Als u een object in een objectengroep wilt verbergen, past u een verborgen voorwaarde toe op de gehele objectengroep. Gebruikers kunnen niet klikken op objecten achter de verborgen objecten in objectengroepen tenzij de gehele objectengroep is verborgen.
-
Als u knopinstellingen en een verborgen voorwaarde toepast op een object, past u de verborgen voorwaarde als laatste toe. Anders kunnen gebruikers mogelijk niet klikken op objecten achter het object met knopinstellingen wanneer dat object is verborgen.
tabvolgorde
- De tabvolgorde kan verschillen van de tabvolgorde in FileMaker Pro. Bepaalde browsers ondersteunen de tabvolgorde mogelijk op een andere manier.
- De tabvolgorde in een webbrowser omvat invoervakken, verborgen invoervakken, keuzelijsten, venstermenu's, kalenders met vervolgkeuzelijsten, groepen selectievakjes, groepen keuzerondjes en containervelden.
- In de modus Zoeken zijn berekeningvelden niet opgenomen in de tabvolgorde.
- iOS: als u het Smart Keyboard met iPad Pro gebruikt, werkt de tabvolgorde mogelijk niet zoals verwacht. U kunt bijvoorbeeld met de tab-toets naar velden gaan die niet in de tabvolgorde van de lay-out zijn opgenomen.
Oplossingen met meerdere bestanden
-
FileMaker WebDirect moet in alle databases zijn ingeschakeld. Als u niet wilt dat gerelateerde bestanden rechtstreeks worden geopend, kunt u een bestandsnaam uitsluiten uit het Startpaneel van FileMaker WebDirect. Hiertoe selecteert u Niet weergeven in Startpaneel van FileMaker WebDirect in het dialoogvenster FileMaker WebDirect-instellingen. Raadpleeg Kiezen welke gebruikers toegang kunnen hebben tot een oplossing.
-
Maak identieke accounts, wachtwoorden en privilegesets in elk bestand van een FileMaker WebDirect-oplossing. Wanneer gebruikers de account en het wachtwoord voor het eerste bestand invoeren, wordt de informatie gebruikt om gerelateerde bestanden te verifiëren.
-
Webbrowsers kunnen geen velden in een lay-out weergeven die uit een ander bestand afkomstig zijn, tenzij internetgebruikers toegang hebben tot een account in het bestand en het uitgebreide privilege fmwebdirect voor FileMaker WebDirect is ingeschakeld bij de account. Deze beperking geldt ook voor berekeningvelden die zijn gebaseerd op veldwaarden uit andere bestanden.
-
Wanneer een oplossing verwijzingen bevat naar een beveiligd gerelateerd bestand waarvoor het geen toegang heeft gekregen, kunnen internetgebruikers geen toegang verlenen tot het beveiligde bestand in FileMaker WebDirect. Wanneer internetgebruikers bijgevolg de oplossing openen, bevat het bestand geen gegevens uit het beveiligde bestand. Om deze situatie te voorkomen, gebruikt u FileMaker Pro om alle bestanden te machtigen die verwijzingen naar beveiligde bestanden bevatten. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Implementaties met meerdere computers
- Wanneer een FileMaker Server-implementatie een FileMaker WebDirect-sessie tussen Web Publishing Engines doorverwijst, wijzigt de weergegeven hostnaam in de URL-balk zodanig dat die met de hostnaam van de doel-WPE overeenkomt. Functies die naar specifieke WPE-hostnamen verwijzen, zoals web viewers, kunnen onverwachte resultaten leveren.
- Als de WPE is uitgeschakeld op een computer in de implementatie en een gebruiker gebruikt de URL van die computer om toegang tot FileMaker WebDirect te krijgen, wordt de gebruiker niet doorverwezen naar een beschikbare WPE en heeft deze geen toegang tot FileMaker WebDirect.
- Als de WPE is ingeschakeld op een werkcomputer, zijn FileMaker WebDirect-oplossingen beschikbaar via de werkcomputer, zelfs als FileMaker WebDirect is uitgeschakeld op de hoofdcomputer.
- Als u een aangepaste startpagina gebruikt of als u aangepaste webinhoud voor uw oplossing host, zorgt u ervoor dat alle aangepaste inhoud wordt gehost op alle WPE's in de FileMaker Server-implementatie. Anders hebben sommige WPE's geen toegang tot de aangepaste inhoud of kunnen ze die niet weergeven.
- FileMaker WebDirect-inhoud weergeven in
<iframe>
-tags van afzonderlijke webpagina's kan leiden tot onverwachte resultaten. - Als de taal niet kan worden gedetecteerd of niet wordt ondersteund door FileMaker WebDirect, geeft FileMaker WebDirect de interface, de knopinfo en de Help in het Engels weer.