FileMaker Go® voert FileMaker-oplossingen (apps) uit op iPads en iPhones zodat u eenvoudig informatie kunt beheren en delen met uw team, waar u zich ook bevindt. Controleer de magazijnvoorraad, maak facturen tijdens bezoeken aan klanten, voer ter plaatse inspecties uit en meer.
Maak oplossingen met FileMaker Pro. Gebruik daarna FileMaker Go om met de gegevens op een iOS-apparaat te werken. U kunt bijvoorbeeld records toevoegen, wijzigen, verwijderen, zoeken en sorteren, maar ook gegevens weergeven in de formulier-, tabel- en lijstweergave. Daarnaast kunt u ook informatie bekijken in portalen, tabbladen en web viewers, streepjescodes scannen en scripts en andere taken uitvoeren.
Deze gids biedt informatie over het aanpassen van oplossingen voor FileMaker Go. Raadpleeg FileMaker Go Help om te leren hoe u FileMaker Go gebruikt. Als u FileMaker Pro voor het eerst gebruikt, raadpleegt u de documentatie van FileMaker Pro. Ga naar Productdocumentatie voor extra FileMaker-documentatie.
Gebruik één van de volgende opties om met gegevens in FileMaker Go te werken:
Raadpleeg FileMaker Go Help voor informatie over de verbinding met gehoste bestanden of de overdracht van bestanden van en naar een apparaat. Raadpleeg FileMaker Pro Help voor informatie over het openen van bestanden via een URL.
Alvorens u verbinding maakt met een bestand, zorgt u ervoor dat het bestand klaar is voor FileMaker-netwerksamengebruik.
Voordat u FileMaker Pro-bestanden begint te delen, bereidt u de bestanden voor op het hosten. Hier vindt u een overzicht van het proces voor het hosten van bestanden met FileMaker Server.
Bij het starten van FileMaker Server worden alle FileMaker Pro-bestanden in de standaardmap voor databases en in de optionele extra databasemappen (indien opgegeven) geopend en gehost. Raadpleeg FileMaker Server Help voor meer informatie.
Nadat een bestand is gedeeld en gehost, maakt u er in FileMaker Go verbinding mee als een client. Raadpleeg FileMaker Go Help.
Apparaten maken verbinding met gehoste oplossingen via het uitgebreide privilege fmapp. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
Opmerking: FileMaker Go krijgt geen toegang tot FileMaker Server-hosts die beschikbaar zijn via LDAP en kan geen SSL-certificaten van LDAP-hosts weergeven of gebruiken.
Raadpleeg FileMaker Go Help voor informatie over de overdracht van bestanden van en naar een apparaat.
Aantekeningen
Als u een bestand wilt overbrengen dat containervelden bevat met daarin gegevens die extern worden opgeslagen, dient u eerst de gegevens van het containerveld in te sluiten. Gebruik in FileMaker Pro de opdracht Kopie opslaan als en kies Zelfstandige kopie (één bestand). Zet vervolgens de kopie over en niet het originele bestand.
U kunt de scriptstap Records importeren gebruiken om gegevens uit een FileMaker Pro-bestand op een apparaat samen te voegen met die uit een ander FileMaker Pro-bestand. FileMaker Go moet beschikken over netwerktoegang tot FileMaker Server of FileMaker Pro.
Stel de veldtoewijzing en importeervolgorde in voordat u gegevens importeert. U kunt:
Voorbeeld 1: importeren vanaf een externe bron (Bron.fmp12) in een lokaal bestand (Doel.fmp12)
In dit voorbeeld bevindt het bestand Doel.fmp12 file zich op het iOS-apparaat. Het heeft een script nodig dat gegevens importeert vanuit een externe bron (Bron.fmp12). U moet het script in FileMaker Pro maken en vervolgens het bestand overbrengen naar FileMaker Go. U kunt vervolgens het script in FileMaker Go uitvoeren om het lokale bestand (Doel.fmp12) bij te werken met gegevens uit de externe bron (Bron.fmp12).
Records importeren [Met dialoogvenster: Uit; “Bron.fmp12”; Bestaande records bijwerken; Mac Roman]
en configureer een pad naar het bronbestand met het IP-adres van uw computer. Bijvoorbeeld:
fmnet:/192.168.10.10/Bron.fmp12
Het lokale bestand wordt bijgewerkt met gegevens uit het externe bestand.
Voorbeeld 2: importeren vanaf een lokale bron (Bron.fmp12) in een extern bestand (Doel.fmp12)
Variabele instellen[$Bestandspad;Waarde:Get ( Documentpad ) & “Bron.fmp12”]
Records importeren [Met dialoogvenster: Uit; “$Bestandspad”; Toevoegen; Mac Roman]
waarbij het pad naar het bronbestand op het apparaat gelijk is aan bestand:$Bestandspad
Selecteer in de Scriptwerkruimte de scriptstap Records importeren en daarna Importeervolgorde opgeven.
Als de bronvelden niet verschijnen in het dialoogvenster Velden bij importeren, selecteert u Gegevensbron opgeven. In het dialoogvenster Bestand opgeven selecteert u bij Bestandstype de optie FileMaker Pro-bestanden. Voeg vervolgens nog een pad naar Bron.fmp12 toe aan de lijst met paden. Bijvoorbeeld:
bestand:$Bestandspad
bestand:Bron.fmp12
U hebt nu met het bestand Doel.fmp12 in FileMaker Go gegevens uit een bestand op het apparaat (Bron.fmp12) toegevoegd aan een bestand op de hostcomputer (Doel.fmp12).
Tip: nadat u één import hebt voltooid, blijft de veldtoewijzing behouden als u Rangschikken op: laatste volgorde hebt geselecteerd in het dialoogvenster Velden bij importeren. De verwijzing bestand:Bron.fmp12
Is niet meer nodig.
FileMaker Go biedt geen ondersteuning voor bepaalde scriptstappen. Gebruik in FileMaker Pro het venster Scriptwerkruimte om de scriptstappen te identificeren die niet worden ondersteund. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
FileMaker Go geeft geen waarschuwing voor niet-ondersteunde scriptstappen. Niet-ondersteunde scriptstappen geven als resultaat foutcode 3 (Opdracht is onbeschikbaar). Gebruik Get ( LaatsteFout ) om op deze foutcode te controleren.
Belangrijk: het uitvoeren van niet-ondersteunde scriptstappen kan tot onverwachte resultaten of beschadigde gegevens leiden.
De modi Lay-out en Schermafdruk worden niet ondersteund in FileMaker Go. U kunt wel een schermafdruk van records verkrijgen door records als een PDF op te slaan en de PDF in FileMaker Go te bekijken.
Via een script verkregen tijden of berekende tijden worden op het apparaat als seconden weergegeven.
FileMaker Go biedt geen ondersteuning voor:
Opmerking: FileMaker Go geeft verwijderde menuonderdelen weer maar ze zijn uitgeschakeld.
Wanneer u records opslaat als een PDF-bestand, gebruikt FileMaker Go de naam van het venster als naam voor het PDF-bestand.
Standaard wordt bij een handmatige export UTF-8 gebruikt, met uitzondering van XLSX die UTF-16 gebruikt.
U moet de scriptstap Records exporteren gebruiken om:
U kunt de scriptstap Invoegen vanuit apparaat gebruiken om inhoud in een containerveld in te voeren vanaf een muziekbibliotheek, fotobibliotheek, camera, videocamera, microfoon of handtekening. Daarnaast kan deze scriptstap ook inhoud vanaf een bron voor streepjescodes invoeren in een containerveld of tekstveld. Raadpleeg FileMaker Pro Help.
U kunt de volgende scriptstappen, functies en scriptactiveringen gebruiken om met media in FileMaker Go te werken:
Raadpleeg FileMaker Pro Help.
FileMaker Go geeft de 'Aangewezen met cursor'-status voor objecten niet weer.
Wanneer een snapshot-linkbestand dat in de modus Schermafdruk is gemaakt, in FileMaker Go wordt geopend, wordt het bestand in de modus Bladeren weergegeven.
Als scrollen is ingeschakeld in FileMaker Pro, kunt u omhoog of omlaag vegen om in een portaal in FileMaker Go te scrollen.
U kunt de bestandscodering niet in- of uitschakelen in FileMaker Go. Als u de codering wilt in- of uitschakelen, gebruikt u de Developer-hulpprogramma's in FileMaker Pro Advanced. Als u een gecodeerd bestand overbrengt naar een iOS-apparaat, is het bestand nog steeds gecodeerd op het apparaat.
Als Veegbewegingen inschakelen is ingeschakeld in FileMaker Pro, veegt u om vooruit of achteruit te gaan in een schuifbesturingselement in FileMaker Go.
In FileMaker Go worden popovers gesloten wanneer u buiten de popover tikt en wanneer u begint te scrollen of te zoomen.
In FileMaker Go kunt u de afbeelding op het scherm vergroten tot wel 200%.
Bepaalde toetsaanslagen werken anders op sommige externe toetsenborden.
Functionaliteit | Gedrag in FileMaker Go |
---|---|
Tab-toets |
Ondersteund voor veldtypen die het toetsenbord op het scherm weergeven. Shift-Tab wordt niet ondersteund. |
De toetsen Ongedaan maken, Opnieuw, Knippen, Kopiëren, Plakken, Alles selecteren |
Ondersteund |
Toetsaanslagen om tussen records te navigeren (bijvoorbeeld Ctrl-Pijl-omlaag) |
Niet ondersteund |
Combinatietoetsen (bijvoorbeeld Option of Alt) |
Niet ondersteund |
De toets Eject (Uitwerpen) |
Verbergt of toont het toetsenbord op het scherm |
Pijltoetsen |
Niet ondersteund voor invoerlijsten of datum-, tijd- en tijdstempellijsten |
U kunt het volgende voorbeeld gebruiken om een e-mail te creëren met het vermelde bestand als bijlage.
Variabele instellen [$Uitvoer; Waarde: Get (TijdelijkPad) & “voorbeeld.pdf”] Records opslaan als PDF [Met dialoogvenster: Uit; “$Uitvoer”; Records in selectie] Mail verzenden [Verzenden via e-mailclient; Met dialoogvenster: Uit; Aan: “linda@glolda.com”; Onderwerp: “Factuur” ; Bericht: “Test”; “$Uitvoer”]
Standaard overschrijven scriptstappen die uitvoerbestanden maken geen bestaande bestanden. In plaats daarvan wordt een nummer toegevoegd aan het einde van elke bestandsnaam. De eerste keer dat u bijvoorbeeld de scriptstap Records opslaan als PDF uitvoert voor een voorbeeldbestand, is de bestandsnaam van het uitvoerbestand voorbeeld.pdf. De tweede keer dat u het script uitvoert, is de bestandsnaam voorbeeld 1.pdf.
Als u het uitvoerbestand door het nieuwe wilt vervangen in plaats van meerdere exemplaren te behouden, voegt u het bestandspad (file:bestandsnaam of filemac:bestandsnaam) aan het script toe. Als u bijvoorbeeld file:voorbeeld.pdf
of filemac:voorbeeld.pdf
typt in het dialoogvenster Uitvoerbestand opgeven telkens als u het script uitvoert, wordt het bestand voorbeeld.pdf in de map Documenten vervangen door het nieuwere bestand.
In het volgende voorbeeld worden records opgeslagen als een PDF-bestand met de naam voorbeeld.pdf en zal een nieuw bestand worden gemaakt of het bestaande worden overschreven.
Records opslaan als PDF [Met dialoogvenster: Uit; “voorbeeld.pdf”; Records in selectie]
Wanneer gebruikers een beveiligd bestand proberen te openen in FileMaker Go, verschijnt een dialoogvenster waarin zij een accountnaam en wachtwoord moeten opgeven. FileMaker Go controleert dan de volgende instellingen in de opgegeven volgorde om te bepalen hoe het beveiligde bestand moet worden geopend. Als geen van deze instellingen wordt gebruikt, dient de gebruiker de aanmeldingsgegevens in te voeren om het bestand te openen.
In FileMaker Pro kunt u het dialoogvenster Bestandsopties gebruiken om u automatisch aan te melden met een specifieke accountnaam en het bijbehorende wachtwoord wanneer u het bestand opent.
In FileMaker Go kunnen gebruikers de standaardaanmeldingsgegevens tijdelijk overslaan wanneer zij een bestand openen door het in de lijst met bestanden lang aan te raken. Wanneer ze de bestandsnaam loslaten, verschijnt een dialoogvenster waarin ze een andere account en ander wachtwoord kunnen opgeven.
In FileMaker Pro kunt u het dialoogvenster Bestandsopties gebruiken om het wachtwoord in de sleutelhanger te laten opslaan. U kunt ook het gebruik van Touch ID of een iOS-toegangscode verplichten alvorens FileMaker Go toegang krijgt tot de sleutelhanger. Gebruikers worden gevraagd Touch ID te gebruiken of een iOS-toegangscode in te voeren voor het inloggen bij of het beheren van de sleutelhanger in FileMaker Go. Raadpleeg FileMaker Go Help.
Wanneer u op uw apparaat op de knop Home drukt, schuift FileMaker Go naar de achtergrond en wordt de status van het bestand opgeslagen. FileMaker Go slaat de status van het bestand ook op wanneer u een telefoonoproep beantwoordt. Wanneer u weer naar FileMaker Go overschakelt, komt u terecht op de plaats waar u was gebleven.
Bestanden kunnen zo worden geconfigureerd dat de gebruiker zich opnieuw dient aan te melden nadat een bestand gedurende een bepaalde tijd op de achtergrond is geplaatst. Raadpleeg Het uitgebreide privilege fmreauthenticate gebruiken.
Nadat FileMaker Go naar de achtergrond is verschoven, moet u uw accountnaam en wachtwoord opnieuw invoeren om naar het bestand te kunnen teruggaan, tenzij:
Gebruik het uitgebreide privilege fmreauthenticate om gebruikers te verplichten zich opnieuw aan te melden nadat FileMaker Go gedurende het opgegeven aantal minuten niet is gebruikt.
Met dit uitgebreide privilege moeten gebruikers bij het plaatsen van FileMaker Go op de voorgrond hun accountnaam en wachtwoord opnieuw invoeren als de opgegeven tijd is verstreken. Gebruikers kunnen tot vijf maal toe proberen hun accountnaam en wachtwoord in te voeren voordat FileMaker Go de bestanden sluit.
Nieuwe privilegesets die in FileMaker Pro worden gemaakt, bevatten standaard het trefwoord fmreauthenticate10
(tien minuten).
Als een bestand is geconverteerd vanaf een eerdere versie van FileMaker Pro, voegt FileMaker Pro fmreauthenticate0
en fmreauthenticate10
toe aan de lijst met trefwoorden van het geconverteerde bestand en gebruikt het het uitgebreide privilege fmreauthenticate0
voor alle bestaande accounts.
fmreauthenticate0
.Belangrijk: stel een iOS-toegangscode in zodat de gegevens in iOS zijn beveiligd op het apparaat.
Zo voorkomt u ongeoorloofde toegang:
Raadpleeg de FileMaker Knowledge Base op http://help.filemaker.com voor informatie over ondersteunde certificaten.
© 2011-2016 FileMaker, Inc. Alle rechten voorbehouden.
FileMaker, Inc.
5201 Patrick Henry Drive
Santa Clara, California 95054, VS
FileMaker en FileMaker Go zijn handelsmerken van FileMaker, Inc. die in de VS en andere landen zijn geregistreerd. Het bestandsmaplogo en FileMaker WebDirect zijn handelsmerken van FileMaker, Inc. Alle andere handelsmerken zijn het eigendom van de respectieve eigenaars.
FileMaker-documentatie wordt auteursrechtelijk beschermd. U bent niet geautoriseerd om extra exemplaren te maken of deze documentatie te distribueren zonder schriftelijke toestemming van FileMaker. U mag deze documentatie alleen gebruiken met een geldige gelicentieerde kopie van FileMaker-software.
Alle personen, bedrijven, e-mailadressen en URL's in de voorbeelden zijn fictief. Eventuele gelijkenissen met bestaande personen, bedrijven, e-mailadressen of URL's berusten op louter toeval. De aftiteling is vermeld in de aftitelingsdocumenten die bij deze software zijn meegeleverd. Vermeldingen van producten en URL's van andere bedrijven zijn puur informatief en houden geen goedkeuring of aanbeveling in. FileMaker, Inc. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de prestaties van die producten.
Voor meer informatie kunt u onze website bezoeken: http://www.filemaker.com/nl.
Versie: 01